woensdag 16 december 2009

Afscheid


Aan alle goeie dingen komt een eind, zo ook aan mijn verblijf in Nepal. Waarschijnlijk is dit mijn laatste blogpost vanaf een brakke computer in een prachtige stad (Bhaktapur) in een geweldig land, waar ik een hele gave tijd heb gehad. Op dit moment is het dan ook nog een beetje onwerkelijk dat ik morgen echt in het vliegtuig stap en dan ineens, in één dag weer in een totaal andere werled terecht zal komen. Het zal wel even wennen worden: geen dal bhaat meer twee keer per dag, geen kurtha meer dragen en werkdagen die rond 8.30 beginnen in plaats van de gebruikelijke 10.00 uur hier.

Aan de andere kant kijk ik ernaar uit om weer eens een heerlijke bruine boterham met kaas te eten. Of met hagelslag. Of nog beter, vlokken! Ook stamppot, chocoladepepernoten (hopelijk zijn die nog ergens te vinden ;-), gevulde speculaas, gourmetten en banketstaaf doen me nu al het water in de mond lopen. Verder zal ik opgelucht zijn dat ik de straat weer veilig kan oversteken en niet meer omver getoeterd zal worden. En ik ga zeker heel erg genieten van mijn eerste warme douche in Nederland!

Toch moet ik ook veel achterlaten hier. De afgelopen week is gevuld geweest met afscheidsbijeenkomsten: op de Engelse school, op de mr- de Manav Vidha Griha-school, op de muziekschool. Niet altijd even leuk, maar zoals ik al zei: Aan alle geode dingen komt een eind.

Feri bhetaula!

dinsdag 15 december 2009

Vreemde gebruiken en gewoonten

Na twee maanden in Nepal wonen vallen de meeste vreemde gewoonten me niet eens meer op, maar de volgende gebruiken wilde ik jullie toch niet onthouden:

• Jonge kinderen worden met een touw om hun middel vastgebonden om te voorkomen dat ze de trap opklimmen. Dat is nog eens wat anders dan een traphekje!
• Alles, maar dan ook echt alles, wordt hier uit het raam gegooid. Van afval tot spoelwater en etensresten en van vette rochels tot uitwerpselen. Het is dus soms wel even oppassen als je hier door die schattige smalle straatjes loopt!
• Luiers kennen ze hier wel, maar worden alleen bij speciale gelegenheden gebruikt (en worden na gebruik aan de waslijn te drogen gehangen). Op gewone dagen dragen baby’s normale stoffen broekjes die na ieder plasje worden verschoond. Of niet natuurlijk…
• Rochelen en spugen is hier de normaalste zaak van de wereld. Hoe harder, hoe beter, is het motto.
• Misschien wat minder schokkend dan de hierboven beschreven gewoontes, maar Nepalezen eten doorgaans met hun handen. Anders voelen en proeven ze het eten niet echt.
• Kinderen gaan hier vanaf hun derde jaar naar school. Ze zitten dan in de eerste jaren in de “nursery class” en de “lower kindergarten.” Dat betekent echter niet dat ze alleen maar spelen: ze leren o.a.het Nepalese en westerse alfabet en krijgen elke dag huiswerk mee!
• De huwelijksdag is hier niet de mooiste dag van je leven, zeker niet voor de bruid. Gisteren bij het huwelijk van Narendra, een neefje van Krishna, en Merina, heb ik voor het eerst een tranen met tuiten huilende bruid meegemaakt. Het was werkelijk verschrikkelijk om te zien. Op haar 19e verlaat ze als eerste kind en enige dochter het ouderlijk huis en al gaat ze enkel een uur reizen verderop wonen, in praktijk komt ze in een geheel nieuwe en voor haar totaal vreemde wereld terecht. Ze kent de bruidegom en zijn familie namelijk nog helemaal niet. Ik ben blij dar dat in Nederland toch iets anders gaat.

maandag 14 december 2009

Nagarkot


De laatste dagen ben ik druk bezig geweest met de laatste sight seeing-dingetjes. Zo ben ik vrijdagmiddag naar Nagarkot gegaan met een groepje andere vrijwilligers. We zijn daar blijven slapen zodat we de volgende morgen heel vroeg konden opstaan om naar de zonsopkomst te kijken.

En omdat we niet zomaar een beetje uitzicht wilden, maar alleen het beste van het beste goed genoeg was voor ons, stonden we zelfs ruim 1,5 uur voor zonsopkomst op. In de tussentijd liepen we van het hotel naar de uitkijktoren 4 km. verderop. Dit uitzichtspunt ligt nog een stukje hoger dan het dorpje zelf en, al was de andeling erheen pittig, ik ben blij dat we het hebben gedaan. In het dal lag namelijk een groot wolkendek en als we niet naar de toren waren gelopen hadden we nauwelijks bergen gezien.

Nu hadden we echter prachtig uitzicht op de Himalayas: Langtang, Ganesh-Himal en nog vele andere toppen. En hoewel het natuurlijk niet te vergelijken is met de manier waarop ik de bergen heb gezien en ervaren tijdens de trekking, was het toch zeker de moeite van het vroege opstaan waard!

donderdag 10 december 2009

Staking

Eergisteren, dinsdag 8 december, zou een van mijn laatste werkdagen op de Manav Vidha Griha worden. Na een weekje vakantie vieren met Köksal had ik ook echt weer zin om te gaan werken en mijn vrijwilligerswerk hier op een mooie manier af te sluiten.

Het mocht echter niet zo wezen. De reden? Staking onder het lerarenpersoneel. De regering heeft het collegegeld voor de universiteiten verhoogd en daarom staakt een deel van het onderwijspersoneel. Waarom ook de leraren van basis- en middelbaar onderwijs staken als er op de universiteit iets verandert, is me niet helemaal duidelijk, maar dat zal wel Nepalese logica zijn. Of de leraren hadden gewoon zin in een extra vrije dag. Want zo wordt de stakingsdag hier genoemd: “holiday.”

Stakingen zijn hier de laatste tijd bijna aan de orde van dag. Nu overdrijf ik een beetje, maar de maoisten, een politieke partij hier, stoken flink wat onrust. Ze leggen de regering het vuur flink aan de schenen. De achtergrond hiervan is dat de maoist-partij de grootste is, maar er destijds niet in is geslaagd een regering te vormen. Ze wilden geen coalitie sluiten met andere partijen. Dus staan ze nu aan de zijlijn, en dat bevalt hen niet.

Sinds 20 november is er een maand van protestacties aan de gang. Van de meeste politieke activiteiten en bijeenkomsten die plaatsvinden merk ik weinig, maar de laatste dagen zijn de acties ingrijpender. Zo was er zondag een algehele staking. Köksal en ik waren in Thamel, het toeristengebied van Kathmandu, waar het normaliter drukker dan druk is, maar nu was het uitgestorven. Geen taxi’s, geen riksja’s, geen motoren, geen wannabe-gidsen, geen fruitverkopers, alle winkels dicht en zelfs restaurants en bars waren gesloten. Het was echt een ontluisterende ervaring om Thamel zo leeg te zien.

Gelukkig zou Köksal maandag pas terugvliegen en we besloten van de gelegenheid gebruik te maken om op ons gemak, dus zonder gevaar aan alle kanten te worden overreden, door de straatjes rond Durbar Square te dwalen. Een erg relaxte ervaring, zo’n Nepalese variant van een autovrije zondag!

woensdag 9 december 2009

Dhyani Boeddha's


Hierbij dan eindelijk een foto van de Dhyani Boeddha's...

Dhulikhel-Namobuddha-Panauti

Woensdag 2 december hebben Köksal en ik een wandeling gemaakt door de oostelijke valley. We startten in Dhulikhel om vanuit daar in ruim twee uur naar Namobuddha te lopen. Namobuddha is een heilige plaats, omdat volgens de overlevering een historische Boeddha hier zijn leven zou hebben geofferd aan een tijgermoeder, die volledig uitgehongerd was en niet in staat was haar jongen te voeden. Deze daad van ultieme compassie heeft ertoe geleid dat hier een stupa en een klooster werden opgericht.

De wandeling voerde ons door de bossen en langs de inmiddels kale rijstvelden. Hoewel het bewolkt was, hadden we toch mooie uitzichten en we genoten van de tocht. De stupa van Namobuddha was kleiner dan ik had verwacht, maar het klooster was des te indrukwekkender. We hoorden monniken teksten reciteren en diverse instrumenten bespelen (een soort natuur-hoorn en grote gongs).


Het tweede stuk, van Namobuddha naar Panauti, viel me zwaar. Ik snapte op dat moment nog niet goed waarom, maar later die nacht zou het me wel duidelijk worden… Toch ben ik blij dat we de wandeling gemaakt hebben. Het was heerlijk om even uit de stad en de viezigheid te zijn en even geen talloze toeristen om je heen te hebben. Kortom, echt een aanrader, deze dagtocht.

dinsdag 8 december 2009

Verlovingsfeest


November en december, wanneer het buiten kouder wordt, is het trouw-seizoen in Nepal. In deze maanden vinden er aan de lopende band bruiloften plaats. En elke bruiloft wordt ten minste drie keer gevierd: een verlovingsfeest, de voltrekking van de huwelijksceremonie en een groot feest ter afsluiting. Doorgaans vinden deze drie feesten gespreid over twee weken plaats.

Voor de feesten voor en na de inzegening van het huwelijk wordt vrijwel iedereen uitgenodigd. Zo was ik zaterdag 28 november uitgenodigd voor het verlovingsfeest van de dochter van de didi (een soort oppas-/overblijfmoeder) van de Manav Vidha Griha school, de school voor geestelijk gehandicapte kinderen waar ik werk. Ik vond het een hele eer om erbij te mogen zijn en het was een mooie gelegenheid om een keer een sari aan te trekken.

Een sari is geen eenvoudig kledingstuk en ik snap nu dat Nepalese vrouwen de kurtha als “easy to wear” beschrijven. Ik was dan ook blij dat de gastzusjes van Jana ons hielpen de sari aan te trekken, c.q. om te wikkelen. Er moesten nog heel wat veiligheidsspelden aan te pas komen om alles goed vast te zetten ;-)


Toen we eenmaal aangekleed waren, gingen we naar Thimi. Een tamelijk vreemde ervaring; het voelde een beetje ongerijmd om met onze gala-kleding in de bus te stappen! Maar we hadden wel lol, evenals de Nepalese vrouwen met wie we in de bus zaten en voor wie we de attractie van de dag vormden. Ze vonden het prachtig twee blanke meisjes in sari te zien en hielden maar niet op “deri ramro” (=heel mooi) te zeggen.

Het feest zelf bestond voornamelijk uit eten en mooi wezen. Nou, dat lukte me wel!

zondag 6 december 2009

Radiostilte

Namaste!

Het is alweer enige tijd geleden dat ik jullie een berichtje stuurde en jullie zijn vast nieuwsgierig naar mijn verdere avonturen. Zo zou ik jullie kunnen vertellen over een Nepalese bruiloft of het bezoek van Köksal. Ik zou een foto kunnen plaatsen van mijn Pancha Boeddha's of van de wandeling naar Namoboeddha die Köksal en ik samen hebben gemaakt. Spectaculairder misschien zijn mijn belevenissen in het ziekenhuis in Bhaktapur.

Maar helaas, jullie zullen nog even geduld moeten hebben. Kök is nog een dagje hier en ook mijn vertrek uit dit prachtige land komt snel dichterbij, dus ik probeer er alles uit te halen en er nog zoveel mogelijk van te genieten. Hopelijk lukt het me jullie volgende week bij te praten.

vrijdag 27 november 2009

Dhyani Bouddha’s

Nieuwsgierig naar de afloop van mijn bezoek aan Patan? Lees dan hier verder!

Ik vertelde jullie al eerder dat ik me aan het verdiepen was in de Hindoeistische en Boeddhistische godsdiensten. Van die twee spreekt de laatste het meest aan. Ik probeerde te begrijpen hoe het Boeddhisme ineens aan zoveel goden kwam. Er was toch maar één Boeddha?! Niets bleek minder waar. Of eigenlijk klopt het wel, er is één Boeddha, maar deze is te abstract voor gewone mensen om te bevatten. Daarom verschijnt hij in verschillende gedaanten. Zo kan hij telkens een ander facet van zijn alomvattende verschijning te demonstreren.

En, zo heb ik inmiddels ontdekt, die verschillende verschijningen zou je kunnen zien als een soort stamboom. Bovenaan staat de echte Boeddha, de geestelijke vader van alle ‘lagere’ incarnaties. Direct daaronder komen Vajradhara (wielder of the thunderbolt) en Vajratsattva (soul of the thunderbolt). Hun geestelijke nageslacht zijn de vijf Dhyani Boeddha’s. Deze worden ook wel meditatie- of transcendentale Boeddha’s genoemd. Een andere naam is nog de ‘Verdedigers van de leer,’ elk van hen staat namelijk voor een bepaald aspect van de Boeddhistische leer en ze helpen gelovigen deze na te leven. Erg inspirerend. De Dhyani Boeddha’s hebben ook weer ieder een levenspartner, met wie ze een ‘kind,’ een Boddhisatva, hebben.

De Boddhisattva’s zijn interessant, maar ik was meer gefascineerd door de Dhyani Boeddha’s. Niet te abstract, maar ook niet te menselijk; geen alles-in-een Boeddha, maar ook geen versplintering over honderden goden. Bovendien kon ik hun hulp op het pad naar verlichting best gebruikelijk. Zo eenvoudig is het nog niet om alle aardse genoegens en verlangens achter je te laten…

Ik was al op zoek gegaan naar een mandala met de Dhyani Boeddha’s, maar in veel winkels hadden ze hem niet. En als ze hem wel hadden, dan klopte hij niet. De vijf Boeddha’s nemen namelijk elk een specifieke plek in ten opzichte van het centrum en hebben allemaal verschillende handposities. Kenner als ik inmiddels was, kon ik helaas geen genoegen nemen met een wannabe Dhyani Boeddha-mandala.

Ik had het idee om de Dhyani Boeddha’s mee naar huis te kunnen nemen al bijna laten varen… Totdat ik ze het afgelopen weekend in Patan in de etalage van een beeldhouwwinkel zag staan. Het was de eerste keer dat ik ze als een groep beelden tegen kwam. En dat in de eerste uren nadat ik in Patan was aangekomen! Uit nieuwsgierigheid informeerde ik naar de prijs. 6500 Roepies (omgerekend ca.65,-), maar hij kon me wel een “goede prijs” geven. Ik ging er echter niet op in, want zo’n bedrag kon ik niet zo 1-2-3 uitgeven. En bovendien het stikte in Patan van de winkels met Boeddha-beelden, ik zou nog wel even verder kijken.

De rest van het weekend heb ik ze echter niet meer gezien. Op één andere set na, maar die was zo lelijk afgewerkt dat ik het niet eens de moeite waard vond om naar de prijs te vragen. Het hele weekend bleven de eerste Dhyani Boeddha’s door mijn hoofd spoken. Ze waren mooi, dat zeker, maar kon ik het me wel veroorloven?

Zondag, na het bezoek aan Patan Museum, liepen we op mijn verzoek nog een keer langs de winkel. Ik had met Jana besproken dat ik ze voor 5000 roepies, maximaal 5500 (als ze heel mooi waren) wel wilde kopen. Meer dan dat wilde ik niet uitgeven en we spraken af dat we anders weg zouden lopen.

Eenmaal in de winkel bleek de verkoper een andere te zijn dan die van de dag ervoor. En de prijs was mee veranderd! Deze verkoper vroeg 8500 roepies! Dat is nogal een verschil en ik zag mijn droom al in rook op gaan. Ik vertelde hem echter dat de Boeddha’s de dag ervoor ‘slechts’ 6500 roepies hadden gekost. Aanvankelijk wilde de verkoper niet luisteren, maar even later belde hij toch even naar zijn broer en die bevestigde mijn verhaal. De prijs zakte naar 6500, naar 6000, naar 5800, maar daar hield het zo’n beetje op. Het kostte me echt wel enige moeite om de laatste driehonderd roepie eraf te praten, maar uiteindelijk was het oke. En zo werd ik de trotse eigenaar van vijf prachtige Dhyani Boeddha’s! Ik ben er echt ontzettend blij mee.

PS: Grappig detail.aan het verhaal is nog dat, toen ik de Boeddha’s ‘s avonds aan mijn gastgezin toonde, ze door de grootvader uitgebreid gekeurd warden. Ze waren volledig van koper gemaakt en hij dacht dat ze ongeveer 5000 roepie gekost moesten hebben. Pff, wat een opluchting, ik heb niet te veel betaald!

donderdag 26 november 2009

Patan

Zaterdag 21 en zondag 22 november ben ik met Jana Dabaut, een BElgische vrjwilligster die ook in Thimi werkt, naar Patan gegaan. We waren er beiden nog niet geweest en daarom des te nieuwsgieriger naar de in onze reisgids zo veelbelovend beschreven tempels daar.

Zaterdag na onze dal bhaat gingen we op ons gemak op pad: stukje lopen, juiste bus zien te vinden, een enorme omweg over de ‘rondweg’ van Bhaktapur, wat files en uiteindelijk ruim een uur later in Patan aankomen. Daar belandden we met onze neus in de boter: vlakbij het busstation was een levendige markt gaande.

Na wat rondstruinen kwamen we als vanzelf bij de eerste tempels aan. Bij de Minnath zagen we een Nepalese familie een of ander ritueel uitvoeren waarbij allerlei schalen met eten warden geofferd, d.w.z. in brand warden gestoken. We snapten er niets van, maar het was interessant om te aanschouwen. De rato (=rode) Machhendranath temple was inderdaad rood, maar ging verder helaas schuil achter een groot spijlenhek. De Mahabouddha (=1000 Boeedha’s) temple lag verscholen op een piepklein binnenplaatsje, maar was daardoor des te indrukwekkender.

Na al deze sight seeing was het hoog tijd voor lunch. We liepen naar het Museum Café in het voormalige koninklijke paleis. Dit café werd in de Lonely planet goed beschreven, maar toch werden onze verwachtingen nog ruimschoots overtroffen door dit idyllische plekje. Er waren verschillende zitjes, in de zon en in de schaduw, de obers hadden passende kleding aan en er lagen stoffen servetten en placemats op de tafels. Wat een luxe! Gelukkig was niet alleen de aankleding verzorgd en sfeervol, maar was ook het eten heerlijk! We lieten ons de vegetarische burger goed smaken.

Na de lunch liepen we het Durbar Square op. Een prachtig plein dat letterlijk volgebouwd is met tempels. De een nog mooier, groter, hoger dan de ander. We namen rustig de tijd om ze een voor een te bekijken. Daarna waren we vol van alle tempels en we besloten de dag met wat struinen door de straatjes en een heerlijk diner in het Roadhouse Café (pizza met driekleurige chocolademousse als toetje!).


Zondag vervolgden we onze bezichting van Patan met een stadswandeling (met o.a. bezichtiging van de Kwa Bahal= gouden tempel, zie foto heronder) en een bezoek aan Patan Museum. Het was het eerste museum dat ik hier in Nepal bezocht en het was supermooi. Erg veel te zien, voornamelijk beelden, veel informatie en geode uitleg in het Engels. Echt een aanrader!

En zo kwam er al snel een einde aan ons goed gevulde weekend in Patan. Maar ik stapte uiteindelijk niet in de bus voordat… Wordt vervolgd!

woensdag 25 november 2009

Terug in de tijd

Heimwee naar die goeie ouwe tijd? De jaren ’60, ’70, … (naar wens zelf in te vullen) waarin alles zoveel beter was? Kom naar Nepal! Hier kun je werkelijk prachtige tijdreizen maken. Van de 19e eeuw qua huishoudeljke apparaten en land bewerkingstechnieken, naar de 20e eeuw met de talloze televisies, en soms zelfs even naar de 21e eeuw, bijv.wat betreft de mobieltjes. Ze hebben hier zelfs Iphones!

Maar in huis is die luxe vaak nog ver te zoeken. Om een voorbeeld te geven: de meeste huizen hier hebben geen douche, en vaak zelfs geen stromend water. Water halen ze meestal bij de bron in het dorp. Sommige gezinnen (zoals mijn gastgezin) hebben een eigen pompinstallatie waarmee het water omhoog wordt gepompt. Vervolgens wordt het opgeslagen in een enorme ton op het dak.

De mensen wassen zich (ca. 1x per week?!) op het dak, een binnenplaatsje, of gewoon op straat. Ze nemen een emmer koud water een stuk schuurspons en schrobben maar! Kleren wassen gebeurd op ongeveer dezelfde manier. En in de keuken staat een grote ton waaruit water kan worden geschept. Geen kranen, laat staan een (af-) wasmachine!

Een andere moderniteit waarvan ze hier nog nooit hebben gehoord is centrale verwarming. Als het koud is houden de mensen in huis gewoon hun jas aan. En ze gaan met kleren aan naar bed.

Ook in het dagelijks leven op straat is, op het verkeer na, de afgelopen 100 jaar weinig veranderd. Groenten en fruit worden gewogen met een (voor ons ouderwetse) hangweegschaal: op de ene schaal de etenswaren, op de andere een gewichtje. OP het land gebruikt men enkel een zeis-achtig instrument om de rijst te oogsten. Een tractor, of zelfs een ossenkar of ploeg kennen ze hier niet. Zware lasten worden zonder morren op de rug gedragen (tot hele kasten aan toe) en oudere mensen gaan blootsvoets over straat.

Met de meeste van deze dingen kom ik gelukkig niet in aanraking. Andere heb ik inmiddels geaccepeteerd. Maar ik zal ook wel blij zijn als ik in December weer de 21ste eeuw in vlieg!

dinsdag 24 november 2009

De Nepalese keuken: dal bhaat

Namaste!

Tot nu toe heb ik jullie nog niets verteld over het Nepalese eten, en dat terwijl het zo heerlijk is! Sommigen van jullie zijn misschien verbaasd dit te horen, twee keer per dag dal bhaat (=linzen rijst, oftewel rijst met een linzensoepje) klinkt niet erg aanlokkelijk. Het tegendeel blijkt echter het geval te zijn: het s heerlijk en ik ben er inmiddels helemaal aan gewend. Na een weekendje de toerist uithangen (zoals afgelopen weekend in Patan) verlang ik echt weer naar mijn dal bhaat.

Dal bhaat is in werkelijkheid ook niet zo saai en eentonig als het klinkt. Je krijgt zo’n vier verschillende gerechtjes op je bord en drie daarvan zijn elke dag anders. De witte rijst is het enige dat elke maaltijd terugkeert, met het overige wordt ruimschoots gevarieerd. Zo gebruiken ze voor de dal linzen in alle kleuren van de regenboog: rood, geel, groen, zwart, etc. Soms worden er ook stukjes vlees (bijvoorbeeld kip of buffel) of aardappelen aan toegevoegd. De dal smaakt dus elke dag weer anders.

Daarnaast krijg je bij de dal en de bhaat tarkahri (groenten) en acahr. De groenten zijn meestal een groene bladgroente, die nog het meest op spinazie lijkt (en het misschien zelfs wel is). Maar ik heb ook al groenten als bloemkool en wortel gehad.

Het vierde en misschien wel spannendste element van de dal bhaat-maaltijd is de acahr. In het Engels noemen ze het “pickle,” maar het Nederlandse woord moet ik jullie helaas schuldig blijven. Acahr wordt gemaakt van allerlei soorten groenten en het heeft steevast een sterke smaak; soms pittig, andere keren zuur of bitter. Mijn familie maakt de acahr zelf. Hoe dat precies in zijn werk gaat, weet ik niet, maar wel is me opgevallen dat de meeste potten acahr een aantal dagen in de volle zon op het dakterras worden gezet. Om de smaak te versterken?! Tot slot krijg ik soms iets extra’s zoals een gekookt of een gebakken eitje. Erg lekker!

Deze vier elementen samen dal, bhaat, tarkahri en acahr vormen een complete dal bhaat-maaltijd. Genoeg om mee te variëren dus en de dal bhaat verveelt me dan ook nog geen moment!

maandag 23 november 2009

Beestjes


Overal, waar je ook gaat of staat in Nepal, kom je beestjes tegen. En dan heb ik het even niet over de olifanten en neushoorns zoals in Chitwan, of over de muizen bij ons in huis, nee, gewone (huis-)dieren. Beesten als honden, geiten, kippen, eenden, zwijntjes, en soms zelfs apen lopen hier gewoon los rond. Elke dag op weg naar school kom ik er wel een paar tegen. De meeste hebben geen baasje en soms verbaas ik me erover dat ze met zovelen weten te overleven. Maar als je dan naar het afval op straat kijkt, hoef je je er eigenlijk ook niet meer over te verbazen.



Hoe het ook zij, de beestjes zijn er en het levert leukem schattige plaatjes op (en hele verbaasde Nepalezen wanneer ze mij de dieren zien fotograferen… ;-).

woensdag 18 november 2009

Chitwan National Park

Namaste!

Het is alweer enige tijd geleden dat ik jullie mijn laatste berichtje stuurde. De reden hiervoor is dat ik een paar dagen op 'excursie' was. En dan niet zomaar een dagje uit, nee, ik was een heel weekend in Chitwan, in het zuiden van Nepal, zo' n zes uur rijden van Kathmandu.

Ik was daar samen met vier andere vrijwilligsters: Jana, Jeske, Julie en Juliette en het was erg gezellig. Maar bovenal was het een unieke ervaring. In Chitwan zitten neushoorns, nijlpaarden en tijgers, maar uiteindelijk werd het vooral een weekend vol olifanten!

Zo hebben we zaterdag het Elephant breeding center bezocht, waar de enige olifantentweeling ter wereld woont. De nu eenjarige baby's liepen, in tegenstelling tot de volwassen olifanten, vrij rond. Een mooie gelegenheid om eens te voelen of een olifantenhuid nu inderdaad zo dik is als hij eruit ziet. Maar eigenlijk is de huid helemaal niet zo ruw, in tegendeel, ze is best zacht.


Na het bezoek aan het Elephant breeding center was het tijd voor het olifanten wassen! Aanvankelijk was ik nog niet helemaal overtuigd, maar nadat Julie en Juliette me voor waren gegaan, kon ik de verleiding niet langer weerstaan. En het werd een groot avontuur. Veel gespetter en gesplash, natte kleren, natte haren, maar bovenal heel veel lol. Een heel bijzonder gevoel om zo bovenop een volwassen olifant te zitten en te staan.


En om het olifantentrio compleet te maken, hadden we 's middags nog een olifantensafari. Met zijn vieren in een houten bakje van ca. 1 m2 bovenop de rug van een olifant, dat wil zeggen: zo'n vier meter boven de grond. Vanaf daar had je geweldig uitzicht over de verschillende landschappen die we doorkruisten.

Het uitzicht alleen al was het gehobbel waard, maar we waren zelfs in de gelegenheid om enkele dieren in het wild te zien. Eerst een hert en enkele wilde pauwen, later ook een jonge neushoorn.
Echt verbazingwekkend dat je vanaf enkele meters afstand een wilde neushoorn kunt gade slaan. Het is zelfs nog steeds niet helemaal tot me is doorgedrongen. In Nederland kennen we neushoorns en olifanten alleen als beesten in de dierentuin achter een groot hek. Hier in Nepal, in Chitwan tenminste, lopen ze vrij rond. Een bijzondere ervaring en ik voel me de koning te rijk dat ik het heb mogen meemaken!

woensdag 11 november 2009

Rijstoogst

Hoewel ik jullie nog niet heb ingewijd in de geheimen van de Nepalese keuken, kan ik jullie al wel verklappen dat ze hier véél rijst eten. Op zich misschien nog niet zo verbazingwekkend. Maar wat ik wel nog steeds opvallend vind, is dat elke familie zijn eigen rijst verbouwd! Even een pak rijst bij de supermarkt halen, is er hier niet bij. Elke familie is (grotendeels) zelfvoorzienend.

Oktober en november zijn de maanden van de rijstoogst, dus op dit moment is iedereen, van jong tot oud, druk bezig met het binnenhalen van de rijst. Eerst het maaien van aren, dan de korrels scheiden van het kaf, daarna het drogen en het zeven en tot slot het opbergen van de rijst.

Het hele proces heeft al veel mooie plaatjes opgeleverd, die ik door de trage internetverbinding helaas niet allemaal met jullie kan delen. Maar deze, dicht bij huis genomen (op het dak van mijn gastgezin), met op de achtergrond de Nyatapolatempel, wilde ik jullie niet onthouden.

dinsdag 10 november 2009

Linda in kurtha!

Hoewel ik nog niet ik echt thuis ben in de Nepalese kledinggewoonten, wilde ik jullie dit plaatje niet onthouden:



Linda in kurtha! Een gewaad dat veel (jonge) Nepalese vrouwen dragen, in plaats van de traditionele sari. De kurtha is gemakkelijker te dragen dan de sari, waardoor zelfs ik als westerling hem aan kan ;-) Deze is op maat gemaakt en de stof (zijde) is echt superzacht! En al ben ik nog net zo wit als eerst (goed te zien op foto’s van mij met bijvoorbeeld Krisan), ik voel me wel meer Nepalees!

Changdu Narayan


Afgelopen zondag ben ik voor et eerst op pad geweest in de omgeving van Bhaktapur Na het ontbijt van dal-bhaat, ging ik tegelijk met Krishna en Krisan de deur uit. Zij het dat ik niet naar werk of school ging, zoals zij, maar naar de Changdu Narayan tempel. Deze ligt 4 km. ten noorden van Bhaktapur en is te voet te bereiken. Krishna had me gezegd dat ik waarschijnlijk zo’n 2,5-3 uur over zou doen, maar al na ongeveer 1,5 uur bereikte ik de toegang tot het dorpje. Aan het einde van de enige straat die het rijk was, lag het tempelcomplex. Ik negeerde de souvernirwinkels, maar nam wel even tijd voor een verfrissende cola.

Daarna was het tijd voor de sight seeing. Changdi Narayan is de oudste tempel van Nepal en is opgenomen in de UNESCO-lijst van werelderfgoed. En terecht, kan ik nu zeggen! Er is zoveel te zien: prachtig houtsnijwerk onder de daklijsten, statige beelden van olifanten en griffioens die je met priemende ogen aankijken, gouden beelden van koning Bhupatindra Malla en zijn vrouw, verbazingwekkende reliefs van Vishnu in diverse incarnaties, een gigiantisch GAruda-beeld dat stamt uit de vijfde eeuw, en zo kan ik nog wel even doorgaan! Allemaal even prachtig!!


Een fijne bijkomstigheid was dat het complex erg rustig was en dat ik de tijd aan mezelf had. Zo kon ik alles op mijn gemakje bekijken, foto’s maken, tussendoor lunchen en wat souvenirs shoppen. Toen ik om 14.15 echt alles gezien had, was het tijd om terug te lopen. Een mooi voetpad dat door de bossen en de eindeloze rijstvelden voerde. Over de rijstvelden valt nog veel meer te vertellen, maar daarover de volgende keer meer.

zondag 8 november 2009

"Mijn kindertjes"



Donderdagmiddag op de Manav Vidha Griha school in Thimi. In het midden achteraan twee atheleten die even daarvoor zijn gehuldigd voor hun prestaties tijdens de Special Olympics in Mumbai (zilveren medaille met cricket)
Helemaal links de Belgische Jana, die vandaag haar vrijwilligerswerk op deze school is gestart. Erg gezellig! En ergens in het midden vind je nog zoa' n blank persoon... ;-)

zaterdag 7 november 2009

Muziekles


Vandaag ben ik naar de vioolles in de muziekschool van Kapil geweest. Het was hartstikke leuk, maar ook wel even slikken!

Bij aanvang van de les was ik positief verrast: de kinderen konden vrij aardig spelen en speelden leuke, eenvoudige deuntjes. Redelijk zuiver, aardige streektechniek, het klonk echt niet slecht. Gedurende de les verbaasde ik me des te meer over het niveau; de leraar (een vriend van Kapil) besteedde namelijk nauwelijks aandacht aan zijn leerlingen! Hij speelde gewoon de stukjes en liet de kinderen verder aan hun lot over. Degene die een liedje kende speelde mee, andere zaten met hun viool op schoot toe te kijken. Voor mij behoorlijk schokkend om te zien.

Het beste voorbeeld van de werkwijze van deze 'docent' was mischien wel dat hij een nieuwe leerling, een jongetje van 10 jaar, een hele viool (veel te groot voor zijn nog korte kinderarmpjes) in zijn handen duwde, hem uitlegde hoe hij de strijkstok moest vasthouden (een behoorlijk ingewikkelde greep voor een beginner) en daarna verder ging met zijn les. Het jongetje kon weinig anders doen dan gelaten toekijken hoe de andere, en vooral de leraaar, hun kunsten vertoonden.

Kapil daarentegen probeerde mij bij de les te betrekken en vroeg me om advies over allerlei facetten van het vioolspel en de pedagogiek ervan. Ik gaf hem wat aanwijzingen over het ontspannen van de rechterarm, de arm waarmee je strijkt, omdat het me opgevallen was dat veel leerlingen hun schouder erg hoog optrokken. Maar na enige tijd eiste de vioolleraar de aandacht weer op en was mijn 'les' voorbij. Best jammer, er zou zoveel meer uit te halen zijn met deze kinderen. Een beetje uitleg, techniekoefeningen en individuele aandacht, en ze zullen met sprongen vooruit gaan!

Of denk ik nu weer te westers?

donderdag 5 november 2009

Druk

Sommigen van jullie denken misschien af en toe weemoedig “O wat heerlijk heeft die Linda het toch; lekker drie maanden in een exotisch land vakantie vieren.” Het eerste zal ik niet ontkennen, maar vakantie is het zeker niet. Tenminste niet in de betekenis van veel luieren en niets doen.

Over het algemeen ben ik best druk. Er is hier zoveel te zien en te doen, dat ik echt moeite moet doen om alle dingen, die ik graag wil doen, voor elkaar te krijgen. “Wat doe je dan in ‘s hemelsnaam allemaal?” vragen jullie je nu af. Nou….De taal leren (vnl. door zelfstudie, dus het gaat nog niet al te hard); de mooie plekken en monumenten bezoeken, naar dansles; sociale contacten met andere vrijwilligers onderhouden; me verdiepen in de Nepalese kunst en cultuur; de was en boodschappen doen; met Krishnan en Suschan spelen; dagboek, blog, kaarten en emails schrijven; en o ja… tussendoor ook nog naar mijn werk.

Al met al een waslijst aan activiteiten die allemaal om mijn tijd en aandacht strijden. Gelukkig zijn het stuk voor stuk ontzettend leuke dingen om te doen. Dus toch een beetje vakantie!

woensdag 4 november 2009

Het pantheon van de Hindoeistische en Boeddhistische goden in Nepal



Religie is overal en altijd in Nepal. Ook ik, volledig godsdienstloos, ontkom er niet aan: gisteren heb ik met de kinderen van mijn school het wekelijkse bezoek aan de tempel in Thimi meegemaakt, vandaag heb ik een kettinkje met Ganesh gekocht en op weg van huis naar de school passeer ik iedere dag minstens 30 tempels en schrijnen. Je struikelt er gewoon over!

Ik vind het dan ook vanzelfsprekend om me wat meer in de godsdiensten van Nepal te verdiepen. Maar dat valt niet mee! Want waar we het in het Christendom met één god doen, hebben ze er in het Hindoeisme meer dan 400 miljoen! Dat is omgerekend zo’n 13 persoonlijke goden voor elke inwoner. Om die allemaal te leren kennen is me een beetje te veel gevraagd. Eén geruststelling: de Nepalezen kennen ze ook niet allemaal.

De belangrijkste drie Hindoesistische goden zijn Brahma, de schepper; Vishnu, de “preserver” en Shiva, de vernietiger en de god van de wedergeboorte. Ook de levensgenoten van Vishnu en Shiva, respectievelijk Laxmi en Parvati, komen veelvuldig voor. Laxmi is de godin van de welvaart en Parvati staat voor schoonheid. Tot slot kun je geen straat oversteken zonder een schrijn ter ere van Ganesh tegen te komen. Ganesh is de eerst te aanbidden godheid voor hindoes. Hij brengt wijsheid, beschermt kinderen en zorgt voor een goed begin van elke activiteit die je onderneemt. Hij is eenvoudig te herkennen aan zijn olifantenhoofd en hij heeft een hoog knuffelgehalte.

De andere goden, zoals Shiva en Vishnu zijn te herkennen aan de symbolen die ze bij zich dragen of het vehikel (meestal een dier) dat ze gebruiken om zich te verplaatsen. Maar zo ver gevorderd ben ik nog niet… En om het geheel nog complexer te maken zijn er dan ook nog talloze verschillende incarnaties van elke godheid…

Tot nu toe heb ik het bovendien alleen nog maar over het Hindoeisme gehad. Het Boeddhisme, een minderheidsgodsdienst onder de Nepali, maar daarom niet minder zichtbaar, loopt hier dwars door heen. Voordat ik naar Nepal kwam, dacht ik dat het Boeddhisme eenvoudig zijn; er is immers maar één Boeddha. Maar niets is minder waar. De Boeddhisten vereren een heel scala aan verschillende Boeddha’s, lama’s, dakini’s en yogini’s. Tel daarbij de verschillende hand- en voetposities bij op en je hebt opnieuw een ontelbaar aantal goden en godheden.

Reigie in Nepal is dus niet eenvoudig te begrijpen, maar daarom niet minder interessant. Integendeel, ik vind het enorm fascinerend!

zaterdag 31 oktober 2009

Muziek en dans

Nu ik hier wat langer ben en blijf, leer ik hoe gaandeweg steeds meer over Nepal en de Nepalese cultuur. Er is hier zoveel om je over te verbazen als westerling! De onderwerpen waarover ik jullie zou kunnen schrijven zijn dan ook eindeloos: religie, onderwijs, gezinsleven, eten, gebruiken en gewoonten. In een blogpost gaat me dat niet lukken, maar ik ben ervan overtuigd dat ik hier nog lang genoeg ben om de belangrijkste dingen een keer langs te laten komen ;-)

Vandaag: vrije tijd. Musschien een erg on-Nepalees onderwerp om mee te beginnen, maar ik heb deze week toevallig een heuse muziekschool bezocht en mijn eerste dansles gehad.

De muziekschool is een initiatief van Kapil, een oude schoolvriend van Krisha, mijn gastvader. Hij geeft er voornamelijk vioolles, maar hij beschikt ook over een cello en zelfs een piano! In mijn ogen een behoorlijke luxe in een niet-westers land als Nepal. Kapil was dolenthousiast om me te ontmoeten, vroeg me de oren van het hoofd over muziekles in Nederland en vertelde me over zijn droom om in Nepal een echt strijkorkest op te richten. Ook mocht ik een van de violen proberen en leerde hij me een Nepalees volksliedje spelen. Erg leuk!


De dag erna, woensdag had ik mijn eerste Nepalese dansles. Ik moest er wel om 6.00 uur mijn bed voor uit, maar het was de moeite waard. Samen met Joyce en Juliette liepen we naar de dansschool. Daar begonnen we met een warming up: 15 minuten springen en ondertussen allerlei pasjes en armbewegingen doen. Pittig, maar daarna waren we wel warm! En de dans was erg leuk!!

dinsdag 27 oktober 2009

Manav vidha griha

Namaste!


Mijn tweede werkdag zit er op! Ik werk sinds maandag op de Manav vidha griha school in Thimi. Het is een school voor geestelijk gehandicapten kinderen. De ca. 15 leerlingen (ze komen niet allemaal elke dag opdagen) zijn verdeeld over twee groepen. Tot nu toe heb ik meegelopen met de groep jongere leerlingen. In deze lessen ligt het accent op taal en rekenen. In de groep met oudere wordt hen ook een aantal beroepsmatige/ handvaardige activiteiten aangeleerd. Daarnaast is er in beide groepen veel aandacht voor sport en bewegen.

De school beschikt over een mooi gebouw met een groot groen grasveld ervoor, waar de kinderen in de pauzes kunnen zitten en spelen. Ook is er meer lesmateriaal voor handen dan ik had verwacht. Zo hebben ze bijvoorbeeld allerlei plaatjes en foto's gelamineerd en voorzien van klitteband aan de achterkant. Deze pictogrammen kunnen af en aan op het vilten schoolbord worden geplakt. Heel handig!

Mijn bijdrage tot nu toe bestaat voornamelijk uit het helpen en stimuleren van kinderen, die een bepaalde oefening of handeling moeilijk vinden. Ook teken ik soms plaatjes van woorden die de kinderen moeten leren (bv. vliegtuig, fiets, taxi) in hun schrift. De juf vraagt hen vervolgens om de woorden erbij te noteren. Erg leuk!

zaterdag 24 oktober 2009

PS: Adres in Bhaktapur

Voor alle kaartjes, support-mail, pepernoten, etc., je kunt deze sturen naar:

Suvadra Foundation
t.a.v. Linda Vermeulen
P.O. Box 71
Bhaktapur
NEPAL

Dank je wel alvast!

Mijn kamer in Bhaktapur:

Aankomst in Bhaktapur

Woensdag 21 oktober om 10.30uur werd ik gebeld in mijn hotelkamer in Potala Guest House in Kathmandu. Het was Krisha, een van de twee coordinatoren van mijn vrijwilligerswerk in Bhaktapur (Joyce is t/m 26 oktober met vakantie). Een half uur eerder dan verwacht, dus snel de laatste spulletjes in mijn tas gepropt en toen naar beneden.

Samen reden we naar Hotel Manang om daar Julliete Broersen, een andere vrijwilligster op te pikken, maar van haar in eerste instantie geen spoor. Dit zorgde bij Krishna en mij voor enige verwarring en verbazing. Gelukkig vonden we haar even later toch en rond het middaguur reden we gedrieeen naar Bhaktapur. De rit nam een klein uur in beslag, maar Krishna vertelde me dat deze soms ook drie uur kan duren, afhankelijk van de files...

De eerste twee dagen verbleven Juliette en ik in het Kwhopa Guest House en waren gewijd aan een intensieve introductiecursus. Deze omvatte onder meer Nepalese les, sight seeing Bhaktapur, een bezoek aan KAthmandu en wegwijs worden op het vlak van zaken als openbaar vervoer, winkels, scholen etc. Over elk van deze onderwerpen zou ik een blog-post kunnen schrijven, maar op dit moment, ga ik voor de samenvatting. (De computers hier zijn niet om over naar huis te schrijven en over een half uur valt de elektriciteit voor twee uur uit...)

De taalles was een van de vermoeiendste, maar ook een van de leukste onderdelen. IN een middag kregen Juliette en ik de basisgrammatica (werkwoorden, werkwoordsvormen, persoonlijke voornaamwoorden, bijvoegelijke naamwoorden, woordvolgorde in een zin, vragen stellen, standaardzinnen) te verstouwen. Een gemiddelde taalcursus neemt hiervoor 10 lessen van elk 2 tot 3 uur, maar hier schatten ze de intelligentie van de vrijwilligers hoog in en droppen ze alle info in een keer bij je. En dan mag je nog blij zijn dat ze je het Nepalese schrift besparen ;-)

De kennis van het Nepalees is echter van onschatbare waarde in mijn gastgezin. Ik woon de komende acht weken bij Krishna, zijn vrouw Rossani, hun twee zoontjes Krishnan (4 jr) en Suschan (9 maanden) en de ouders van Krishna. Ook Joyce woont er als ze in Nepal is, maar zoals gezegd is ze op het moment nog op vakantie. Krishna en zijn vrouw spreken perfect engels, maar Krishnan vertelt me zijn verhalen vooral in het Nepalees! Vaak snap ik nog maar half wat hij bedoelt, maar ik weet nu tenminste dat tapai jij is, dat hij mij dan bedoelt. En dankzij de viltstiften die ik hem cadeau gedaan heb, weten we nu alletwee de namen van de kleuren. Ik de Nepalese namen, hij de Engelse!

De familie is echt allerhartelijkst en ze zorgen fantastisch voor me. Zeker gisteren was hun hulp geweldig, toen ik verkouden in bed lag en Rossani speciaal voor mij een lichte noodlesoep bereidde en ’s avonds een stoomapparaat kwam brengen. Echt het ideale medicijn voor een verstopte neus! Daarna heb ik geslapen als een roos!

Het huis waar ik woon is groot: vijf verdiepingen. Op de begane grond een plaatje als wc en een betegelde ruimte met een kraan en een d oucheslang als badkamer. Als het goed is hebben we zelfs een warme douche, maar Krishna heeft me gevraagd zuinig te zijn met water, dus ik heb (naar het voorbeeld van andere vrijwilligers hier) besloten een keer per twee dagen te douchen.

Op de eerste verdieping bevinden zich mijn kamer en die van Joyce. Mijn kamer is niet groot, maar wel gezellig. Een tafel, een stoel en een bed, precies wat ik nodig heb. Erboven is de woonkamer (met tv, dat dan weer wel) en de slaapkamers van de overige gezinsleden. Op de derde is de keuken en eetkamer. In de eetkamer zowel een tafe met zes stoelen als de traditionele rijstmatten. Een mooie combinatie van oud en nieuw, tradtioneel en modern. De vierde verdieping is bergruimte en op de vijfde sta je op een prachtig, zonnig dakterras...dat eigenlijk alleen wordt gebruikt om er de was te doen!

Tijdens onze introdagen heeft Krishna ons meegenomen met het openbaar vervoer naar Kathmandu. De bussen zijn een hele belevenis: zogenaamde expres-bussen zijn net zo snel als de stop-bussen, onderweg is het een groot toeterfestijn en de kosten van je rit worden geind door jongetjes die maximaal 12 jaar oud lijken te zijn. Tijdens het rijden hangen ze uit de deurpost (deuren worden alleen gesloten als er politie in de buurt is) en waarschuwen ze passagiers die langs de kant van de weg staan te wachten. Het is een voor westerlingen bijzonder systeem, maar hier lijkt het prima te werken: de bussen zitten goed vol en de passagiers hoeven nooit lang te wachten.

Bhaktapur zelf is een prachtige stad, zoveel weet ik zeker na drie dagen rondlopen hier. Van de sight seeing is echter niet zo heel veel blijven hangen. Dit kwam deels doordat ik te maken had met een overload aan informatie, maar ook deels doordat het vaak al enigszins schemerde tegen de tijd dat we bij de tempels aankwamen. Ik ben er echter van overtuigd dat er nog genoeg tijd is om alle momenten en mooie plekken te bekijken in de komende weken. Vandaag geniet ik lekker nog even van mijn relaxte dagje!

woensdag 21 oktober 2009

Voor de thuisblijvers

Reizen heft voordelen en nadelen. Zo mis ik hier in Nepal bijvoorbeeld de hagelslag, parken (of andersoortig groen) in de stad en het rechts rijden en lopen. Ook het sjouwen emt bagage is niet altijd ideaal.

Daar staat tegenover dat het weer hier beter is (zoning en warm), dat ik ontzettend veel leer over Nepal en de Nepali, dat Kathmandu een waar shoppingparadijs is, dat ik iedere dag nmieuwe avonturen meemaak en dat ik al veel leuke mensen heb leren kennen.

Het moge duidelijk zijn, de voordelen wegen ruimschoots op tegen de nadelen. Maar de thuisblijvers hoeven niet te treuren ;-)

dinsdag 20 oktober 2009

Annapurna Sanctuary (2)

Omdat het zonde is om mijn avonturen tijdens de Annapurnatrek samen te vatten in berichtje, heb ik besloten hieronder nog een aantal leuke, grappige, spannende, interessante verhalen, anekdotes en gebeurtenissen te vertellen.

Dag 1, 7 oktober, Phedi → Dhampus → Pothana
Onze eerste dag van de trek is werkelijk total verregend. De avond voor ons vertrek (6 oktober) was het begonnen met regenen en het is niet meer gestopt tot laat in de avond van 7 oktober. 48 uur (!) regen aan een stuk dus. Aanvankelijk was ik nog enigszins optimistisch en verwachtte ik dat het ‘ s ochtends wel zou opklaren. Dat bleek helaas niet het geval. Dus snel nog even Pokhara ingelopen voor een regenbroek, -jas en een poncho, want hier was ik niet op voorbereid.



Om het allemaal nog iets erger te maken begon de wandeling met een steile klim van ca. 500 m. En om het nog een graadje erger te maken vertelde onze gids ons dat je normal prachtig uitzag had over de bergen, maar dat de wolken ons nu het zicht ontnamen. En om het nog iets droeviger te maken, waren de rivieren buiten hun oevers getreden, paden overstroomd en moesten we door stromen van zo’ n 50 cm. diep waden. Dat betekende - ook met waterdichte schoenen- natte voeten… En om onze belabberde toestand compleet te maken, kwamen de bloedzuigers ons vergezellen. BIj mij viel het mee (slechts 3 stuks), maar bij sommige van mijn groepsgenoten leverde het tamelijk bloederige taferelen op … (sokken met rode vlekken bijvoorbeeld).

Al met al een fijne start van onze tiendaagse trekking!

Dag 2. 8 oktober, Pothana → Landruk → Jhinu Danda
Vandaag warden we beloond voor onze ontberingen op dag 1. Bij het opstaan was het redelijk opgeklaard en hadden we voor het eerst uitzicht op de reusachtige witbesneeuwde toppen die ons omringden.

Eenmaal op pad liepen we langs prachtige lichtgroene rijstvelden en schattige dorpjes. Ook staken we de eerste hangbrug over; even wennen (maximal drie personen tegelijk), maar niet eng.

‘ s Middags, na ongeveer 6½ uur lopen, waren we bijna in Jhinu Danda. Het enige dat ons nog van onze lodge scheidde was een hoogteverschil van ongeveer 300 m, dat we met een stenen trap moisten overbruggen. Eenmaal boven stond iedereen te rekken en te strekken ;-) Gelukkig lagen er net buiten Jhinu een aantal warmwaterbronnen, waar we dankbaar gebruik van maakten.

Dag 3, 9 oktober, Jhinu Danda → Sinuwa → Bamboo

Vandaag hen ik mijn eerste dal bhaat, rijst met linzen, het Nepalese gerecht, gegeten. En het was heerlijk!

Dag 4, 10 oktober, Bamboo → Himalaya → Deorali
In Bamboo logeerden we in de Bamboo Lodge die door een Gurung familie werd gerund. Over het algemeen was het niet eenvoudig om contact te krijgen met de Nepalese bevolking in de Bergen ( er is een duidelijke scheiding tussen de toeristen en de oorspronkelijke bewoners), maar vandaag had ik geluk.

Vlak voor vertrek zag moeder Suk Devi dat ik Champie, een knuffelaap, in mijn tas wilde stoppen. Ze wees ernaar, pakte hem op en gaf hem even aan haar zoontje Prajol (net 1 jaar oud). Zoiets had hij nog nooit gezien en hij kraaide van plezier. Het leverde mooie plaatjes op.



We verlieten Bamboo (met Champie) en liepen verder het dal van de MOdi Khola in. Het pad werd omzoomd door eindeloze bamboebossen, die even later overgingen in gigantosche rhondondendronstruiken, c.q. –bomen. Ze stonden helaas niet in bloei, maar het rhodondendron is de nationale bloem van Nepal.

Dag 5, 11 oktober, Deorali → Macchapucchre Base CampVandaag een wat kortere dag (ca. 3 uur lopen), maar wel geleidelijk 500 m. omhoog. Om goed te acclimatiseren deden we het rustig aan. Een enkeling in mijn groep had lichte hoofdpijn of voelde dat de lucht ijler werd, maar zelf heb ik niks gemerkt en had ik geen klachten.

‘s Avonds heb ik mezelf beloond voor het reeds bereikte resultaat met een “apple roll” als toetje. Heerlijk!

Dag 6, 12 oktober, Macchapucchre Base Camp → Annapurna Base CampVandaag is de grote dag. Nog slechts 400 m. hoogteverschil, een wandeling van minder dan twee uur, scheidt ons van ons doel. De wandeling erheen was een genot voor alle zintuigen en ruim voor de lunch kwamen we aan in het Annapurna Base Camp.

Wow, wat is het daar mooi. Je staat in een brede vallei en wordt omgeven door enorme, gigantische, witte toppen. Dezelfde als die we op dag twee voor het eerst zagen, maar nu zijn ze ineens heel dichtbij! Een bijzondere ervaring.





Dag 7, 13 oktober, Annapurna Base Camp → Bamboo
Was het Annapurna Base Camp indrukwekkend toen we daar aankwamen, vandaag was het –voor zover mogelijk- nog indrukwekkender. OM 5.30 uur je slaapzak uit en de vrieskou in is geen pretje, maar de zonsopkomst boven de toppen van de Annapurna-Himalaya maken alles goed. Het was de moeite meer dan waard. De gouden gloed, die eerst de hoogte toppen bereikt, en daarna langzaam aan terrain wint, PRACHTIG!!



Maar na et ontbijt was het toch echt tijd om aan onze terugweg te beginnen. Het eerste deel kwam overeen met de heenweg, zij het dat we dit keer op een dag 1700 m. afdaalden. Op de heenweg hadden we drie dagen over dit stuk gedaan! Gelukkig is dalen eenvoudiger, al kon ik mijn knieen ‘s avonds wel voelen.

Dag 8, 14 oktober, Bamboo → Chomrong
Dag 9, 15 oktober, Chomrong → Ghandruk
Dag 10, 16 oktober, Ghandruk → Birethanti
De laatste drie dagen van onze trek waren mooi, ze voerden ons terug door de bossen, langs rijstvelden en over koeienpaadjes, maar iets minder spectaculair. We hadden ons doel immers bereikt. Maar hetw as elke stap, ook op de terugweg, waard! Wat een avontuur, wat een ervaring, WOW!

zaterdag 17 oktober 2009

Annapurna trekking

Hallo allemaal! Ik ben terug! Na tien dagen trekken terug in de bewoonde wereld. De trek was in een word supergeweldigbijzonderspectaculairmooi! Daarboven in de Himalaya voel je je zo klein, de natuur is er zo machtig, dat is met geen pen te beschrijven. Het is er werkelijk prachtig en het was elke stap meer dan waard.

En het waren behoorlijk wat stappen: Tien dagen lopen in the middle of nowhere, gemiddeld zo’ n vijf uur per dag, meer dan 160 km in totaal, meer dan 5000 m. klimmen (en weer dalen), tot een hoogte van 4130m. in Annapurna Base Camp . Mijn spieren voelen nu als de staalkabels van de hangbruggen die we overstaken!

Het eerste stuk liepen we veelal tussen de rijstvelden door en paseerden we regelmatig kleine dorpjes en tea houses. Ook moesten we een aantal rivieren oversteken. Iets wat meestal betekende: een heel stuk naar beneden, om vervolgens aan de overkant van het dal diezelfde meters weer omhoog te moeten klimmen… Onderweg sliepen we in lodges. Prima adressen, maar erg primitief: we sliepen op meubels die we in Europa geen bed zouden durven noemen, kamers die van elkaar gescheiden waren d.m.v. een triplex plaat, zonder enige verwarming (in Annapurna Base Camp vroor het ‘s nachts!) en zonder noemenswaardige sanitaire voorzieningen. Maar je went eraan. En ik heb nog nooit zo van een warme douche genoten als vanmiddag ;-)

Hoger in de bergen werd het landschap kaler, maar zeker niet minder mooi. De witbesneeuwde toppen kwamen steeds een stukje dichter bij en langzaam maar zeker naderden we Annapurna Base Camp, het hoogtepunt van onze tocht. Daar staan, sterker nog, daar een zonsopkomst meemaken, is werkelijk een van de mooiste dingen die ik ooit heb meegemaakt. Ik heb het al eens gezegd, maar het was elke stap meer dan waard!!

De terugweg werd gekenmerkt door steile afdalingen en vanaf een bepaalde hoogte, veel koeien en muildieren die ons pad kruisden en soms ook bezetten ;-) En vandaag zijn we veilig teruggekeerd in Pokhara. Vanavond feestmaal en dan morgen terug naar Kathmandu!

P.S. Foto's volgen nog

maandag 5 oktober 2009

Wennen aan Nepal

Na twee, drie (?) (Ik ben de dagen nu al helemaal kwijt) dagen in Nepal begint het te wennen. De vuurdoop is voorbij en ik voel me niet langer alleen. HEt beste bewijs daarvoor is misschien wel dat ik gisteren niet meer naar het internetcafe ben gegaan om jullie op de hoogte te brengen van mijn laatste avonturen. “Another good sign” was dat ik gisteravond ‘moeite’ had met Nederlands schrijven na een dag waarop ik continu Engels had gesproken. Ik was niet langer alleen.
Dat begon al toen ik aan het ontbijt in Shanker-hotel de twee Engelsen die ik de avond ervoor bij toeval in lobby had ontmoet (en van wie ik de naam niet eens weet), trof. Zij waren hier voor de Everest-tour van GAP-adventures en moisten ook verkassen naar het Manang-hotel. Een buitenkansje in mijn ogen en ik vroeg hen gelijk of ik met hen mee kon rijden in de taxi. Dat was prima. Het was passen en meten in de mini-Suzuki (kleiner dan een Fiat-panda), maar met mijn backpack op de achterbank lukte het. En gelukkig was het niet ver.
Eenmaal in Manang-hotel ontmoette ik mijn eerste groepgenoot voor de Annapurna Sanctuary-tour: de Duitse Laura. Zij was echter diezelfde ochtend aangekomen, dus nog erg moe. Ik besloot daarom terug te gaan naar de lobby van het hotel. DAar trof ik op de valreep Val en Graeme uit Australie, die op het punt stonden met een taxi een tour door de zuidelijke valley van Kathmandu te gaan maken. “They didn’t mind if I would join them” so in “a split second I decided to come along.” En het bleek een prima beslissing te zijn: even de stad uit, wat frisse lucht, in goed gezelschap, and last but not least: ik heb prachtige, schattige dorpjes gezien.
Bungamati was een dorpje waar de tijd sinds de middfeleeuwen stil is blijven staan. Overal kuieren schapen, geiten en eenden door de smalle straatjes, waardoor voor de veranderinge eens geen verkeer denderde. Een verademing na Kathmandu! Ook de mensen waren er rustiger en vriendelijker. Ze groetten je zonder direct allerlei producten aan je te willen slijten. Erg relaxed!
Na Bungamati reden we door naar Chobar, een prachtige rit door de rijstvelden. Zo mooi al die terrassen en het groen! In Chobar bezochten we een kloof, waarover, jawel, een hangbrug was gespannen. En helaas voor mij, de kloof was dieper dan enkele meters. Maar ik liet me niet kennen en samen met Val liep ik de brug op. Ik concentreerde me op de prachtige prayer flags erboven en vanaf het midden van de brug had je prachtige uitzicht over de kloof (ene kant) en de valley (andere kant).
Al met al een geslaagde middag!
Zondagavond hadden we de eerste groepsmeeting voor de tour. In total zijn we met 14 mensen, maar drie Ieren waren nog niet aangekomen. Het gezelschap is wat betreft nationaliteiten behoorlijk gemengd: Duits, Nederlands, UK, Deens, USA, maar qua sekse overheersen de dames. Wat is dat toch met mannen: schrikt 6 uur wandelen per dag hen soms af?

Vandaag, maandag 5 oktober, hadden we een gezamenlijke citytour. We deden achtereenvolgens de Swambayanath stupa, Durbar Sq. en Bodnahath stupa aan. Van de beide stupa’s weet ik dat ze UNESCO world heritage zijn, en ze zijn die titel meer dan waard! De alziende ogen van Boeddha, de groen-geel-rood-blauw-witte prayer flags, de talloze bloemenslingers, de monniken in hun rood-gele gewaad, de Hindoes in hun felgekleurde gewaden met een rode tika op hun voorhoofd, de prayer wheels, de Om mani padme hom-muziek, de bellen die overal rinkelen om de goden te wekken. Het geheel was buitengewoon indrukwekkend.

Vanmiddag hebben we vrij, tijd dus om de laatste voorbereidingen te treffen voor de trekking. Morgenochtend vroeg vertrekken we naar Pokhara. Wellicht dat ik daar nog eenmaal kan emailen/ bloggen, maar daarna gaat het grote avontuur toch echt beginnen. Ik heb er zin in!

zaterdag 3 oktober 2009

Aankomst in Kathmandu, Nepal

"Waar ben ik aan begonnen?" Die gedachte overheerste de eerste uren nadat ik in Nepal aangekomen was. De chaos bij de uitgang van het vliegveld, de rit naar het hotel, de vermoeidheid en de talloze nieuwe indrukken maakten dat ik me even heel klein voelde.

Maar inmiddels ben ik in het hotel aangekomen en na een half uurtje wachten kon ik al in mijn kamer. De eerste meevaller. En die kon ik goed gebruiken, want ik was moe en het enige dat ik nog wilde was slapen!

Het bed en de kamer waren prima, dus heb ik van de gelegenheid gebruik gemaakt om eerst nog een paar uur te slapen. Misschien geen sexy begin van een reis, maar wel noodzakelijk, want ik was echt moe. Vannacht heb ik nauwelijks kunnen slapen. Ik weet niet of het kwam doordat ik al vijftien uur onderweg was toen we de nacht in vlogen (in totaal ben ik bijna 24 uur onderweg geweest), of dat het aan de (zo bleek later) Nepalese diplomat naast me lag, of dat drie vluchten op een dag gewoon te veel is, ik weet het niet. Maar het was niet relaxed.
En als je zo moe bent, geloof me, dan heb je nog even geen behoefte aan Nepalezen die je afzetten door 200 rps. voor een fles water of talloze Duitsers met aan elke voet drie kilo schoeisel...

Gelukkig lukte het me een paar uur te rusten en een beetje te slapen en daarna voelde ik me al iets beter. Mijn ritme is nog steeds ontregeld, maar ik voelde me fit genoeg om even het centrum in te lopen. Een mooie afleiding voor het verdriet dat ik nog steeds wel voel. Niet sexy, niet stoer, maar dan maar even wat minder stoer.

Op weg naar Thamel, het toeristische centrum, waar de straatjes uitpuilen van trekkingsshops, travel agencies en handnijverheidszaakjes, werd ik opnieuw overvallen door een stortvloed van nieuwe indrukken. Een greep uit de Nepalese doos: het links rijden (logisch misschien als buurland van India, maar ik had er niet bij stil gestaan), het getoeter overal, de overvolle busjes met Nepalezen erin en kinderfietsjes op het dak gebonden, saluerend hotelpersoneel dat groet met “ Namaste” (ook al heb ik dit inmiddels vier keer meegemaakt, ik weet nog steeds niet hoe ik er op moet reageren…).

De eerste foto’s zijn ook al geschoten en ik had ze graag gestuurd om jullie een eerste impressie te geven, maar ik ben mijn kabeltje vergeten. Tot nu toe doet alles hier me nog het meest aan India denken, meer dan aan het beeld dat ik me van Nepal had gevormd. Iets wat natuurlijk nergens op slaat, want ik ben nooit in India geweest, maar goed. Het beeld dat ik van India heb, zie ik hier op straat: vrouwen in fel gekleurde kleding en sluiers, chaotisch verkeer, afval op elke straathoek en vooral het uiterlijk van de mensen associeer ik met Indiase mensen.
De eerste foto’ s zijn trouwens niet mooi, maar dat klopt goed met mijn beeld van het land tot nu toe. Mooi is (nog) niet het passende woord. Daarvoor ben ik nog te zeer overweldigd door alle indrukken. Gelukkig werden de straatjes naarmate ik het centrum naderde snel kleiner, knusser, en het verkeer wat rustiger. En toen ik de eerste prachtig beschilderde riksja spotte, dacht ik “ Ja dit kan toch wel wat worden. Go for it, Linda!”

Straks loop ik nog even langs Hotel Manang, waar ik oorspronkelijk geboekt had, in de hoop dat ik daar alvast wat andere GAP-groepsleden ontmoet. En wie weet is er iemand met wie ik een hapje kan gaan eten.

Tot zover voor dit moment mijn verslag uit KAthmandu, Nepal. A presto!

zaterdag 12 september 2009

De kogel is door de kerk!

Weten jullie het nog? Dat ik jullie schreef over de dilemma’s van een werkloze en de talloze keuzemogelijkheden die er op dat moment open liggen? Dat is pas een maandje geleden!

Inmiddels heb ik mijn besluit genomen: ik ga 2,5 maand naar Nepal!! Ik vertrek begin oktober en ga eerst twee weken rondreizen. Daarna ga ik acht weken les geven op een regeringsschooltje in Bhaktapur. Medio december vlieg ik weer naar Nederland. Ik heb er echt ongelofelijk veel zin in!

En omdat 2 oktober al best snel is ben ik direct aan de slag gegaan met alle voorbereidingen: vaccinaties halen, visum aanvragen, uitrusting en reisapotheek op orde brengen, huis opruimen en verhuren, verzekeringen regelen. Er komt nog best wat bij kijken bij zo’n reis. Gelukkig ben ik nog eventjes werkloos en heb ik daardoor alle tijd!

vrijdag 11 september 2009

Vakantiepret


Vorige week kwam ik terug van een heerlijke, echt een heerlijke vakantie in Griekenland. Een week lang mochten vriendin J. en ik genieten van zon, zee en strand. Relaxter dan dat kan bijna niet en dus waren we helemaal zen.

Dat we ’s ochtends vroeg om 5.30 uur zouden vliegen, kon ons niet deren. We waren zen. Dat we ons voor deze vlucht ’s nachts om 3.00 uur op Schiphol moesten melden, raakte ons niet. We waren zen. De rij voor de incheckbalie liet ons koud. We waren zen.

Maar toen de dame achter de balie mijn handbagage wilde wegen… toen ging het mis. Omdat mijn koffer weinig woog (11 kg) vroeg de dame me mijn rugzak ook even op de band te zetten. Die bleek 6,5 kilo te wegen, terwijl 5 kg het maximum is. Een hele toestand volgde: rugzak open, spullen eruit, koffer open, extra spullen erin, handtas nog steeds te zwaar, nog meer spullen eruit, die in mijn koffer erbij proppen, duwen en trekken om de ritsen weer dicht te krijgen. En dat terwijl er minstens vijftien boze blikken in mijn rug prikten…

Het voorval duurde in totaal misschien drie minuten, maar voor mijn gevoel was het een eeuwigheid. En de woede die ik voelde, ai ai ai! Van dit soort machtsmisbruik zonder logica gaan mijn nekharen echt recht overeind staan. De bagage gaat namelijk uiteindelijk toch mee, dus wat maakt het uit of het in het ruim ligt of in de cabine?!

De rest van de vakantie was ik gelukkig weer heerlijk zen.

maandag 7 september 2009

Wervelende show: Los Vivancos


Sorry, lieve lezers dat jullie me, zonder aankondiging nota bene, bijna twee weken hebben moeten missen. Ik was op vakantie! En omdat ik helaas nog niet zo beroemd ben als Aaf of Martin Bril heb ik geen vervanger… Dus ben ik er gewoon een weekje tussenuit gesneakt.

Maar ik ben nu weer helemaal terug; vol nieuwe energie, frisse ideeën en eindeloze inspiratie. Het bruist, bubbelt en het doet, dus de komende dagen allerlei nieuwe stukjes. Niet altijd in chronologische volgorde, maar ik hoop dat jullie me dat vergeven.

Gisteravond was ik naar Los Vivancos, een groep van zeven Spaanse broers, over wie in elk zichzelf respecterend (vrouwen-) blad de afgelopen weken een artikel stond. In recensies wordt deze groep onder andere omschreven als “krachtig, sensueel en vol passie” maar ook de formulering “sex Gods of flamenco” wordt genoemd. Dat moest ik zien!

Dus zat ik gisteren in het Beatrixtheater in een zaal vol vrouwen tussen de 15 en de 85. Allemaal kwijlden ze om het hardst om deze zeven mannen, die, het moet gezegd worden, inderdaad een goddelijk lichaam hadden. Dit waren geen Griekse goden, maar Spaanse! Er werd dan ook volop gefloten toen de shirts uitgingen en de vrouwen op de voorste rij smeekten om een handkus. De gelukkige uitverkorenen zullen de komende jaren hun hand niet wassen, dat zullen jullie begrijpen!

Maar er was meer dan de al zo uitgebreid besproken goed getrainde lichamen. Bovenal zetten de mannen een geweldig spectaculaire show neer, waarin muziek en dans samen een prachtig geheel vormden. De veelzijdigheid van de groep is bijzonder. Ze bespeelden instrumenten als viool, cello, gitaar, fluit, slagwerk en ze dansten in alle mogelijke stijlen van klassiek ballet en moderne dans tot acrobatiek en breakdance. Maar Spaans als deze jongens waren, voerde flamenco de boventoon als de verbindende schakel tussen de diverse scènes. In deze dans kwamen hun talenten het best tot hun recht. Ik heb nooit geweten dat je met je voeten zoveel verschillende klanken kunt produceren. Laat staan dat je dat twee minuten lang in een extreem hoog tempo, als een soort ratelaar, volhoudt. Als ik niet beter wist zou ik zeggen dat ze door de duivel bezeten zijn!

Kortom, een prachtige show die ik iedereen kan aanbevelen!

maandag 24 augustus 2009

Ouderwetsch

“Ik ben ouderwets” dat is de enige conclusie die ik na het lezen van het artikel op p.4-5 van nrc.next van vandaag kan trekken. Het artikel gaat over de miljoenen spookblogs die er zijn. En hoewel het artikel besluit met “bloggen is main stream geworden,” is de teneur van het stuk toch vooral: bloggen is achterhaald. Het fenomeen is links en rechts ingehaald door Twitter, Facebook en Hyves, waar auteurs meer reacties krijgen op hun berichten. Het enige dat ik nog wel goed doe, is het regelmatig plaatsen van nieuw teksten, in internettaal: nieuwe posts.

Het voelt alsof ik achterloop. Maar misschien hoef ik me daar eigenlijk helemaal niet over te verbazen. Ik heb geen iPhone, ik bel nog steeds trouw met mijn Nokia 1100. En bellen doet ‘ie prima! In elk geval een stuk langer dan de het überhippe mobieltje van vriendlief, dat na een half uurtje bellen of een halve dag stand-by kampt met een uitgeputte batterij.

Ik heb ook geen Macbook; ik tik mijn stukjes op een drie jaar oude Acer-laptop, die ik zelf gepimpt heb. Aan de muur hangt geen enorm flatscreen, mijn 15’’ tv’tje voldoet nog prima. IK heb niet eens een dvd-speler. Dus eigenlijk past dat bloggen nu precies bij mij! Maar voor de zekerheid heb ik me vanmiddag toch ook maar even aangemeld bij Twitter…

donderdag 20 augustus 2009

Naamperikelen

Nee, ik ben niet zwanger, ik verwacht geen kind, en toch heb ik te maken met naamperikelen. Hoe dat zit? Ik zal het uitleggen.

Enige tijd geleden heb ik me voorgenomen om een eigen bedrijf te starten. Dat project staat momenteel voor het grootste gedeelte “on hold” in verband met mijn reisplannen. Maar één aspect ervan gaat onverminderd voort, namelijk het bedenken van een geschikte naam. Want in een gesprek met vriend B., die ook een eigen bedrijf heeft, kwam ik erachter dat de naam Tovertaaltuin niet voldoet. Te lang, te vaag en te frivool. Er moest dus een andere naam komen.

Een naam bedenken lijkt misschien niet zo moeilijk. Met de nadruk op lijkt. Want in praktijk zijn er nog best wat kenmerken waar een goede naam aan voldoet. Een goede naam:
1. maakt duidelijk wat je doet, welke producten je levert
2. zegt iets over de manier waarop je werkt
3. is kort en krachtig
4. is eenvoudig uit te spreken en te spellen
5. bevat creatieve elementen
6. is beschikbaar als domeinnaam.

Dit zijn al aardig wat eisen, maar er is uit te komen. Zo zou de naam Linda Vermeulen Taal en tekst bijvoorbeeld prima voldoen. Er is echter een complicerende factor. En dat ben ik. Ik wil namelijk niet mijn (volledige) persoonsnaam verwerken in mijn bedrijfsnaam. Een verwijzing, bijvoorbeeld door gebruik van de letter L en V, vind ik prima, maar niet mijn hele naam.

Dus ben ik nu al weken aan het puzzelen, brainstormen en verzinnen. De ideale naam is nog niet gevonden. Wordt het Vlindingrijk of toch maar Lavastroom? Gelukkig heb ik nog even de tijd. B. vertrouwde me namelijk toe dat het bedenken van zijn bedrijfsnaam hem ongeveer vier maanden, vrijwel fulltime had gekost! Nog twee maanden te gaan dus…


PS: Tips zijn altijd welkom!

woensdag 19 augustus 2009

Fetisj

Ik moet jullie iets bekennen: ik heb een grote, grote liefde voor boeken. Kookboeken, romans, stripboeken, studieboeken, woordenboeken, ik word er allemaal blij van. Je kunt me bijna geen groter plezier doen dan een bezoek aan de boekhandel of bibliotheek.

Eenmaal binnen snuif ik de geur van nieuwe boeken op. Blij als een kind dwaal ik met gemak uren door de winkel. Ik speur de schappen af, zoek in de catalogus, bewonder de mooie plaatjesboeken, blader door tijdschriften, lees de achterkanten van romans en kwijl bij de schattige kinderboeken. Uiteindelijk maak ik met veel pijn en moeite een keuze uit het -in mijn ogen- gigantische assortiment. En, in het geval van een bibliotheekbezoek, gaan er minstens vier boeken mee naar huis.

Ook in het buitenland leeft mijn boekenliefde onverminderd voort. In mijn koffer zitten gemiddeld drie leesboeken, ook al ga ik maar een weekje weg. En het geduld van mijn reisgezelschap is menigmaal op de proef gesteld wanneer ik weer eens verdwaalde in de Feltrinelli in Rome of bij de boekenstalletjes langs de Seine.

Na een bezoek aan de boekwinkel is mijn leeslijstje al snel weer tien titels rijker, om over mijn boekenverlanglijstje nog maar te zwijgen. Gelukkig is mijn vakantie in aantocht en heb ik dus een gelegitimeerd excuus om regelmatig even in de boekhandel rond te neuzen. En omdat ik jullie datzelfde plezier van harte gun, hier een lijstje van mijn favoriete boekwinkels.

Top 4 (in willekeurige volgorde):
- Paagman in Den Haag; een goed gesorteerde boekhandel, die alle dagen per week open is. De ideale tussenstop op weg naar het strand.
- Selexyz Dominicanen in Maastricht; prachtige boekwinkel smaakvol ingericht in een voormalige kerk.
- De Literaire Boekhandel in Utrecht; ik loop hier vaak even binnen voor het Poëziepodium met veel dichtbundels en Plintspullen.
- Athenaeum Boekhandel in Amsterdam; een heerlijke boekwinkel met talloze verborgen hoekjes.

maandag 17 augustus 2009

Oplossing

Voor degenen die zich het hoofd hebben gebroken over het zoekplaatje van vorige week, hier de oplossing:

dinsdag 11 augustus 2009

Igor staat alleen

Nu ik veel thuis in Eindhoven ben, heb ik zeeën van tijd om te lezen. Ik lees boeken die al jaren op mijn leesverlanglijstje stonden, studieboeken, boeken die me door vrienden worden aangeraden en soms ook bekende nieuwe boeken. Zoals het laatste boek van Paulo Coelho: De winnaar staat alleen. Ik was er niet naar op zoek, maar het lag ergens verloren op een plank in de bibliotheek. Misschien was dat een veeg teken, al beschouwde ik het op dat moment nog als een buitenkansje om zo’n nieuw boek te kunnen lezen.

De roman kwam langzaam op gang en ik had vanaf het begin moeite om mijn aandacht erbij te houden. Het verhaal over de mondiale jet set die in Cannes samenkomt tijdens het Filmfestival wordt mooi beschreven, maar is in mijn ogen weinig origineel. En de ontdekking dat in een wereld waarin alles te koop is, een ding niet af te dwingen blijkt te zijn (de liefde), vind ik ook weinig opzienbarend.

Het boek werd een teleurstelling. Ik miste de sprookjesachtige landschappen, de persoonlijke ontwikkeling van de hoofdpersoon en de schets van een betere wereld. Weliswaar komt Igor gaandeweg tot inzicht, maar doordat hij daarvoor eerst een aantal mensen moest vermoorden is voor mij moeilijk te bevatten.

Op naar het volgende, vrolijkere boek: Waarom de Boeddha lacht.

maandag 10 augustus 2009

Zoekplaatje

Eazy lazy sunday: gisteren zat ik rustig in de tuin een tijdschrift te lezen toen ik ineens een plons hoorde. En nee, het was niet het schattige buurmeisje van vijf dat een duik nam in haar kinderbadje. Het bleek onze huiskikker te zijn, die verkoeling zocht in ons oerwoud. Hieronder een mooi (zoek)plaatje van het geheel. Zie jij hem ook?

zondag 9 augustus 2009

Huisvrouw

Voor een leven als huisvrouw ben ik duidelijk niet in de wieg gelegd. Mijn oom en tante kwamen vorige week op bezoek en hadden uit hun moestuin, waarin het nu volop oogstseizoen is het volgende meegenomen: 800 gram snijbonen, 2 bietenknollen, een flinke bos wortelen en minstens 5 kilo appelen. Allemaal uit eigen tuin, geheel biologisch en dus héél gezond.

Op een zonnige ochtend besloot ik de groenten te lijf te gaan. Vol goede moed begon ik aan de bieten, maar die riepen direct een aantal vragen op. Hoe moest je deze groente schoonmaken? Moest je ze wassen, schillen, koken? En wat kon je er eigenlijk mee bereiden? Na het alwetende internet te hebben geraadpleegd besloot ik de bieten te schillen en te koken, om ze vervolgens te laten afkoelen en er een salade van te maken.

Dat ik van het schillen knalroze handen zou krijgen stond er in het recept helaas niet bij. Maar ik liet me er niet door uit het veld slaan, ik moest en zou deze groente klein, c.q. eetbaar krijgen! Iets minder enthousiast reageerde ik een kwartiertje later toen de bieten behalve de pan ook het hele fornuis roze hadden gekleurd…

Dan de appelen maar. Dat moest appelmoes worden, zo had mijn tante gezegd. Zo gezegd, zo gedaan. Lekker, zelfgemaakte appelmoes! In het recept stond 3 kilo zoetzure appels. Dus ik schilde en ik schilde, ik liet me niet kennen. Maar toen er na het koken van de appelen slechts een klein bakje appelmoes overbleef, was ik toch enigszins teleurgesteld.

Ik had me er al bijna bij neergelegd dat ik nu eenmaal van de AH-gesneden-groenten-generatie ben, toen ik op het lumineuze idee kwam om van de overgebleven appelen appeltaart te bakken. En het lukte zowaar; hij smaakte ouderwetsch lekker!

zaterdag 8 augustus 2009

Wijze raad

De afgelopen dagen was ik weer eventjes in Den Haag en waren mijn dagen vol met gezellige bijpraat-afspraken. Met mijn vriendinnen had ik het over de gebruikelijke koetjes en kalfjes als het weer, de drukte op het strand en de vakantieplannen. Maar daarnaast hadden we het ook over diepere zaken, zoals de situatie waarin ik nu zit, namelijk “Jonge, enthousiaste, hoogopgeleide vrouw heeft tijdelijk geen baan.” De reacties hierop waren weliswaar verschillend, maar allemaal even interessant.

Bij de eerste vriendin die ik sprak ging het vooral over het vinden van een nieuwe baan. Waar ik tot nu toe gesolliciteerd heb, hoeveel gesprekken ik al gevoerd heb, of ik wel op de juiste vacatures reageer en of een baan in het onderwijs niet iets voor mij zou zijn. Want zonder inkomsten komen te zitten, dat kan natuurlijk niet.

Met mijn buurman JP ging het gesprek een heel andere kant uit. Hij reageerde enthousiast op mijn ideeën om een eigen bedrijf te beginnen en moedigde me aan om deze droom waar te maken. “Gewoon eventjes een ondernemingsplan schrijven, snel inschrijven bij de Kamer van Koophandel en dan hup, aan de slag!” Hij adviseerde me ook om een planning te maken waar ik over vijf of tien jaar wilde staan, om vervolgens eindresultaat op te delen in een aantal haalbare deelresultaten. Overigens moest ik daarbij wel ook rekening houden met gezin en kinderen. Toen ik hier afwijzend op reageerde, vroeg hij verbaasd of ik geen kinderen wilde. Nee zeg, alsjeblieft, nu nog even niet! (Al voelde ik me gevleid toen JP zei dat ik vast een goede moeder zou zijn).

In het derde gesprek kwamen alle drie (voor mij reële) opties voorbij: een baan in loondienst, een eigen bedrijf en/of reizen. Het accent lag dit keer op het reizen, de wereld ontdekken, je grenzen verleggen en de vrijheid benutten. Immers als je eenmaal weer vastzit in een goede baan, neem je niet zomaar ontslag om te gaan reizen.

Het waren leuke, gezellige en leerzame gesprekken. Ik waardeer de betrokkenheid van mijn vrienden en vriendinnen. Maar alle conversaties ten spijt, weet ik nog steeds niet wat ik zal gaan doen! Wie helpt me uit de brand?

dinsdag 4 augustus 2009

Zomergasten

Elk jaar, midden in de zomer, wanneer het land piepend en krakend tot stilstand is gekomen, is er één onderwerp dat de gemoederen van hoogopgeleide Nederlanders nog bezighoudt, namelijk: Zomergasten. Wie worden er dit jaar gevraagd voor een interview? Welke beeldfragmenten zullen ze laten zien? En wie zal deze 22ste editie van het programma mogen presenteren?

Elke zichzelf respecterende intellectueel houdt zich met dit soort vragen bezig. Om nog maar niet te spreken over de mening die hij zich over het programma en aanverwante zaken moet vormen. Bijvoorbeeld: de gevraagde gasten zijn dit jaar erg voor de hand liggend, er is gekozen voor toegankelijkheid ten koste van de kwaliteit, de beeldfragmenten zijn mooi, maar weinig origineel en de presentatrice doet het aardig, maar waarom onderbreekt ze haar gasten toch voortdurend?

Zorgen, zorgen, zorgen. Die arme intellectuelen, is het eindelijk zomer, hebben ze een weekje vrij, moeten ze zich druk maken over zoiets. Ik heb met ze te doen. Over het algemeen laat ik Zomergasten ongemerkt aan me voorbijgaan. Op zondagavond zit ik liever met een wijntje op het terras dan dat ik een gesprek tussen Margriet van der Linden en een van de hooggeleerden van ons land bekijk en beluister.

Toch zwichtte ik gisteravond voor Zomergast Prem Radhakishun. Ik beschouw mezelf niet als een zichzelf respecterende intellectueel, maar wel als een zichzelf respecterende columnist. En als columnist schrijf je over die onderwerpen waar iedereen over praat. Ik kan dus niet langer achterblijven.

Het viel niet mee en het viel niet tegen. Er werd véél gepraat en de fragmenten eisten over het algemeen een redelijke voorkennis van de Nederlandse en internationale politieke geschiedenis. Die had ik niet. Evenmin kon ik de talloze namen die Prem liet vallen, allemaal plaatsen. Het was duidelijk een uitzending voor erudiete mensen “Ik maak geen zomergasten voor domme mensen,” aldus Prem Radhakishun.

Zijn enthousiasme daarentegen werkte aanstekelijk. De bevlogenheid straalde ervan af. Zijn gebaren waren groots, zijn lach uitbundig. En dit, tezamen met het tongetje dat precies tussen zijn boven en ondertanden doorkwam, nam hem voor me in.