"Waar ben ik aan begonnen?" Die gedachte overheerste de eerste uren nadat ik in Nepal aangekomen was. De chaos bij de uitgang van het vliegveld, de rit naar het hotel, de vermoeidheid en de talloze nieuwe indrukken maakten dat ik me even heel klein voelde.
Maar inmiddels ben ik in het hotel aangekomen en na een half uurtje wachten kon ik al in mijn kamer. De eerste meevaller. En die kon ik goed gebruiken, want ik was moe en het enige dat ik nog wilde was slapen!
Het bed en de kamer waren prima, dus heb ik van de gelegenheid gebruik gemaakt om eerst nog een paar uur te slapen. Misschien geen sexy begin van een reis, maar wel noodzakelijk, want ik was echt moe. Vannacht heb ik nauwelijks kunnen slapen. Ik weet niet of het kwam doordat ik al vijftien uur onderweg was toen we de nacht in vlogen (in totaal ben ik bijna 24 uur onderweg geweest), of dat het aan de (zo bleek later) Nepalese diplomat naast me lag, of dat drie vluchten op een dag gewoon te veel is, ik weet het niet. Maar het was niet relaxed.
En als je zo moe bent, geloof me, dan heb je nog even geen behoefte aan Nepalezen die je afzetten door 200 rps. voor een fles water of talloze Duitsers met aan elke voet drie kilo schoeisel...
Gelukkig lukte het me een paar uur te rusten en een beetje te slapen en daarna voelde ik me al iets beter. Mijn ritme is nog steeds ontregeld, maar ik voelde me fit genoeg om even het centrum in te lopen. Een mooie afleiding voor het verdriet dat ik nog steeds wel voel. Niet sexy, niet stoer, maar dan maar even wat minder stoer.
Op weg naar Thamel, het toeristische centrum, waar de straatjes uitpuilen van trekkingsshops, travel agencies en handnijverheidszaakjes, werd ik opnieuw overvallen door een stortvloed van nieuwe indrukken. Een greep uit de Nepalese doos: het links rijden (logisch misschien als buurland van India, maar ik had er niet bij stil gestaan), het getoeter overal, de overvolle busjes met Nepalezen erin en kinderfietsjes op het dak gebonden, saluerend hotelpersoneel dat groet met “ Namaste” (ook al heb ik dit inmiddels vier keer meegemaakt, ik weet nog steeds niet hoe ik er op moet reageren…).
De eerste foto’s zijn ook al geschoten en ik had ze graag gestuurd om jullie een eerste impressie te geven, maar ik ben mijn kabeltje vergeten. Tot nu toe doet alles hier me nog het meest aan India denken, meer dan aan het beeld dat ik me van Nepal had gevormd. Iets wat natuurlijk nergens op slaat, want ik ben nooit in India geweest, maar goed. Het beeld dat ik van India heb, zie ik hier op straat: vrouwen in fel gekleurde kleding en sluiers, chaotisch verkeer, afval op elke straathoek en vooral het uiterlijk van de mensen associeer ik met Indiase mensen.
De eerste foto’ s zijn trouwens niet mooi, maar dat klopt goed met mijn beeld van het land tot nu toe. Mooi is (nog) niet het passende woord. Daarvoor ben ik nog te zeer overweldigd door alle indrukken. Gelukkig werden de straatjes naarmate ik het centrum naderde snel kleiner, knusser, en het verkeer wat rustiger. En toen ik de eerste prachtig beschilderde riksja spotte, dacht ik “ Ja dit kan toch wel wat worden. Go for it, Linda!”
Straks loop ik nog even langs Hotel Manang, waar ik oorspronkelijk geboekt had, in de hoop dat ik daar alvast wat andere GAP-groepsleden ontmoet. En wie weet is er iemand met wie ik een hapje kan gaan eten.
Tot zover voor dit moment mijn verslag uit KAthmandu, Nepal. A presto!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten