maandag 25 oktober 2010

Verhuisd!

Ik ben verhuisd! Kijk op www.scrittoperte.nl om mijn blog te lezen.

donderdag 23 september 2010

Enquête

Het mooiste van ons weekend in België was misschien wel de enquête die we van Cathy meekregen. Met enige schroom vroeg ze ons of we hem een keer wilden invullen, daarmee zouden ze het toerisme in de omgeving verder kunnen verbeteren. Bereidwillig als altijd antwoordde ik „Natuurlijk, kleine moeite!”

Pas in de auto op weg naar huis ontdekten we dat het om niet zomaar een enquête ging. Het was een compleet boekwerk met maar liefst vijftien (!) pagina’s en meer dan twintig vragen. In de inleiding staat optimistisch dat het invullen eenvoudig is en dat het slechts een kwartiertje tijd kost. Maar ik kan je vertellen; in werkelijkheid heb je minstens vijftien minuten nodig om alle vragen door te lezen.

Vraag 7 luidt bijvoorbeeld: „Met deze vraag willen we weten wat u zin heeft doen krijgen in een vakantie op het platteland in Vlaanderen. Daarna willen we weten hoe u zich voor deze specifieke vakantie heeft geïnformeerd. Het eerste deel van de vraag peilt dus naar de informatie die u deed beslissen om een vakantie op het platteland in Vlaanderen te ondernemen. Daarna peilen we naar de kanalen die u gebruikte om u verder te informeren nadat u al beslist had om een plattelandsvakantie in Vlaanderen te ondernemen.” Kan het niet wat simpeler?

Sommige vragen waren opgedeeld in heuse subvragen: vraag 9.1, 9.2, 9.3 etc. en andere waren opgezet als keuzetaken. Keuzetaak betekende helaas niet: hier heb je vier vragen, kies maar welke je wilt beantwoorden. Nee, bij deze vragen werden er telkens vier kenmerken van het logies genoemd. Daaruit moest je de meest belangrijke en minst belangrijke kiezen. Op zich niet moeilijk, maar door de manier waarop de vragen waren opgemaakt (in een soort tabel met links en rechts een kolom waar je iets in moest vullen), waren we ongeveer een kwartier bezig om uit te vogelen wat ze nu precies bedoelden.

Het was dus niet eenvoudig, maar we hebben ons er dapper doorheen geslagen. En tegen de tijd dat we in Rotterdam aankwamen was het proefwerk af.

dinsdag 21 september 2010

Vlaams voor beginners

Ik schreef u al eerder over onze mini-vakantie in België. Köksal en ik genoten er onder meer van interessante musea, magnifieke natuur en smakelijke maaltijden. Allemaal erg plezant, maar waar we het meest over te spreken zijn, is ... de taal!

Het grappige, zachte Vlaamse taaltje is zó amusant! Je begrijpt het direct, maar toch is het wezenlijk anders. En dat leidt tot plezierig vermaak. Je hoort voortdurend woorden die in Nederland al sinds de jaren vijftig niet meer worden gebruikt of hoogstens nog door dames op stand van 85+. Wie heeft het tegenwoordig nu nog over de ‘gazet’, ‘subiet’ en ‘gij’?!

Behalve andere woorden, gebruiken de Vlamingen ook andere zinsconstructies. Soms worden de woorden in een bepaalde zin compleet door elkaar gehusseld, om ze vervolgens in een voor Nederlanders totaal onbegrijpelijke volgorde weer terug te zetten. Een mooi voorbeeld: „In welke mate bent u in het algemeen tevreden over uw verblijf in de logiesaccommodatie waar u verbleef?” Volgt u mij nog?!

Kortom, we hebben erg gelachen om het Vlaams. En voor wie zijn kennis van het Vlaams graag wil testen, hier nog een paar mooie begrippen:

1. botten
2. kot
3. bomma
4. inkom
5. moeke

zondag 19 september 2010

Cathy

Afgelopen weekend was ik met Köksal in België. We gingen eerst naar Louvain-la-Neuve, om daar het Musée Hergé, oftewel het Kuifjemuseum, te bezoeken en daarna reden we door naar Korbeek-Dijle, waar we in Vallis Dyliae zouden slapen. De bed & breakfast was eenvoudig te vinden en na aankomst werden we bijzonder hartelijk ontvangen door de gastvrouw: Cathy Goosens.

Ze nodigde ons uit voor een biertje of een kava in de bar. En hoewel we best al trek hadden, wilden we dit vriendelijke gebaar niet afslaan. Wat we op dat moment nog niet wisten, was dat, wanneer Cathy eenmaal ‘aan’ staat, ze de eerst volgende uren niet zomaar meer ‘uit’ gaat.

Gelukkig was de bank zacht en smaakte de kava heerlijk en dus lieten we de verhalen als een zoet bergstroompje over ons heen komen. Cathy vertelde over eerder gasten, veelal zakenlui, die soms jarenlang doordeweeks bij haar verbleven. Brazilië, New York, Italië, Dubai, ze kwamen overal vandaan. En hoewel ze zich over het algemeen prima gedroegen, zat er soms ook een handtastelijke Braziliaan of een chagrijnige Duitser tussen…

Maar het ging niet alleen over zakenlieden. Cathy schakelde even makkelijk van de economische crisis (ze had de tent bijna moeten sluiten) naar haar jeugd (vader was van de bourgeoisie, moeder was uit een ander milieu) en van haar avonturen in London (waar ze vloeiend Frans had geleerd) naar het ongeluk waarbij de man van haar schoonzus was omgekomen (zonder gordels over de kop gevlogen). Liefde en dramatiek, het dorp Korbeek en de rest van de wereld, haar eigen leven en dat van anderen, alles trok in één lange stoet aan onze oren voorbij. En een ding werd me zeker duidelijk: Cathy is een bijzondere vrouw, die gastvrijheid tot een echte kunst verheven.

woensdag 25 augustus 2010

Snoepwinkel

Ongeveer twee weken geleden schreef ik vol enthousiasme op Facebook: „proefversie van mijn website af!” Een stortvloed aan reacties volgde. Helaas moest ik velen teleurstellen, want de site was nog niet online. En wat ik op dat moment nog niet wist is, is dat een proefversie eigenlijk slechts het begin is van een lang, lang proces.

Je zou het maken van een website kunnen vergelijken met het binnenlopen van een ouderwetse snoepwinkel. Ineens zie je overal om je heen allerlei heerlijks. Na van de eerste schrik bekomen te zijn, vraag je bedeesd: „Mag ik wat snoep scheppen?” En de verkoopster roept enthousiast: „Ja natuurlijk! Wat wil je? We hebben drop: zoete en zoute drop, boerderijdrop, muntdrop, en o ja, vergeet ook de Engelse drop niet! Of houd je meer van spekjes? We hebben grote en kleine, roze en gele! Of de ballen, die zijn ook erg lekker: zure ballen, toverballen en kauwgomballen natuurlijk! Welke wil je?”

De snoepwinkel ontvouwt zich tot een waar paradijs voor elk kind. Je wordt overweldigd door de mogelijkheden, probeert van elke soort wel een paar en je eindigt met een vervelende buikpijn in een hoekje. Een website bouwen gaat ongeveer net zo. Er zijn talloze mogelijkheden en opties. Wil je die balk rood of zwart? De letters wit, grijs of zwart? Een kader om de tekst of niet? Hoe moeten de links eruit zien en moeten ze binnen de pagina geopend worden of in een nieuw venster? Eén lettertype of meerdere? En welke puntgrootte had u gehad willen hebben, mevrouw?

Kortom, het is een oerwoud aan opties, waar je vaak maar moeilijk uit kunt ontsnappen. Je pols wordt omslingerd door een liaan en je struikelt voortdurend over boomwortels en takken. Je blik gaat schichtig heen en weer en na een tijdje heb je geen idee meer welke kant je op moet. Gelukkig had ik een kapmes bij me en heb ik me er doorheen weten te werken! Binnenkort meer…

maandag 23 augustus 2010

Capac Hucha

Afgelopen zondag bracht ik met mijn moeder een bezoek aan het Wereldmuseum in Rotterdam. Nog steeds een heerlijke museum, waar je wordt ontvangen door vriendelijk en behulpzaam personeel, een goeie cappuccino kunt drinken en last, but not least, met een prachtige collectie. Dit keer bezochten we de tentoonstelling INCA’S Capac Hucha. Ik had me blijkbaar niet goed voorbereid, want dan zou de ondertitel „Een indrukwekkende expositie over mensenoffers in de Andes, staatsrituelen, het Incarijk en de godenwereld.” me misschien hebben gewaarschuwd.

Capac Hucha betekent mensenoffer. En er werden in deze tentoonstelling geen doekjes om gewonden: kinderen, soms zelfs baby’s werden op bijzondere wijze geofferd. De koning van de Inca’s kon op deze manier het contact met de voorouders herstellen en meer te weten komen over de werking van de kosmos. In de zalen werden diverse mummies van slachtoffers getoond. En zelfs na het horen van alle uitleg via de podcast, kan ik er met mijn hoofd niet bij dat deze mensen kinderen ellenlange tochten lieten maken, naar de meest onherbergzame delen van het rijk, om ze daar op kilometers hoogte te offeren, bijvoorbeeld door ze dronken te voeren en daarna aan onderkoeling te laten sterven of -nog gruwelijker- door met een bijl hun schedel in te slaan. Fascinerend, maar bovenal, macaber.

Gelukkig was er ook ruimte voor de prachtige kunstvoorwerpen die de Inca’s maakten. Talloze aardewerken schalen, eeuwenoude sieraden en kostbare stoffen. En het poppetje op de poster van de tentoonstelling. In mijn verbeelding een groot, statig beeld, maar in werkelijkheid een minuscuul poppetje van nog geen vijf centimeter hoog. Ook een Capac Hucha, maar dit keer een die bewondering en vertedering opwekt.

vrijdag 13 augustus 2010

De Macbook

Ik zou het jullie graag willen besparen, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Het is werkelijk onmogelijk om na de aanschaf van een Macbook er geen jubelverhaal over te schrijven op je blog. Ik zal me proberen in te houden, maar verzuurde Windows-gebruikers kunnen chagrijnig worden van de hierna volgende tekst. U bent gewaarschuwd.

Zodra je eenmaal over de financiële schok heen bent (bij mij duurde die slechts 15 minuten), word je alleen maar heel erg blij van een Mac. De gelovigen weten waar ik over praat, maar voor de volhardende PC-gebruikers onder u, zal ik het proberen uit te leggen. Het begint al bij de doos: klein, maar fijn. Mét handig draagvat aan de bovenkant voor optimaal draagcomfort. In de doos: een computer, een adapter en een korte handleiding. Geen kluwen van kabels of stapels cd’s met te installeren software. Nee, bij een Mac geen gedoe, alleen precies dat wat je nodig hebt. Ik krijg een glimlach op mijn gezicht.

En zodra je je Macbook aanzet, doet ‘ie het. Dit klinkt vanzelfsprekend, maar ik herinner me nog goed dat ik bij mijn Acer eerst de accu moest opladen, Windows moest installeren, om nog maar te zwijgen over programma’s als Word, Excel en Photoshop. De Macbook is bij aanschaf al compleet en dat scheelt je een hoop tijd en frustratie. Hij heet je welkom in je eigen taal en wijst je op speelse wijze op enkele basisprincipes van de Mac. De glimlach wordt breder.

Bij het starten van de programma’s kun je opnieuw een kort introductiefilmpje bekijken waarin de mogelijkheden worden toegelicht. Het fotoprogramma bijvoorbeeld ordent je foto’s vanzelf op datum en event. Daarnaast kun je een plaats koppelen aan de foto’s en zit er gezichtsherkenning op. Het is buitengewoon gebruiksvriendelijk en werkt snel en eenvoudig. Ondertussen was vriendlief helemaal weg van Garageband. In no-time had hij een eigen nummer in elkaar gezet en hij waande zich bijna de nieuwe Michael Jackson. Kortom, de programma’s zijn geniaal. De glimlach verandert in een brede lach die straalt.

En dan heb ik het nog niet eens over het design gehad! Maar goed, ik zal jullie er niet meer mee vermoeien. Koop die Mac zelf maar, you won’t regret.

woensdag 11 augustus 2010

Ministerie van Noodsituaties

Of ik heb de afgelopen weken zitten slapen, of het is puur toevallig dat ik ineens twee keer in een week een bijzonder woord tegen kom. Schreef ik jullie gisteren over het stadshart, vandaag viel mijn oog op het begrip “ministerie van Noodsituaties.” Het schijnt al een tijdje in omloop te zijn, maar ik had er nog nooit van gehoord. Desalniettemin was ik direct geïnteresseerd, ja zelfs gefascineerd door deze ambtelijke entiteit.

Een ministerie van Noodsituaties, hoe zou dat eruit zien? Een hele hoop ambtenaren, die het allemaal erg druk hebben. Ze vergaderen, lopen heen en weer, leggen dossiers aan en overleggen met elkaar. Je vraagt je af waarmee ze zo druk zijn? Met het maken van noodplannen voor noodsituaties natuurlijk! En reken maar dat er héél erg veel rampen mogelijk zijn in een groot land als Rusland (17.098.242 km²; oftewel 2x de VS). Gezonken onderzeeërs, acute uitbraken van corruptie, grootschalige stakingen, opstandige deelrepublieken, ongebreidelde drankzucht, ingestorte mijnen en kernongelukjes. Om er maar een paar te noemen.

Maar aan een eenvoudige bosbrand lijken de ambtenaren van het ministerie van Noodsituaties niet te hebben gedacht. Zou de desbetreffende ambtenaar hebben zitten slapen? Of zou hij zijn plan kwijt zijn? Of heeft hij gedacht: “Zo’n ordinaire bosbrand, daar gaan we ons hier niet mee bezighouden. Wij zijn voor de echte rampen.” Of heeft hij misschien zijn hele carrière op de bosbranden zitten wachten, maar is hij enkele jaren geleden gedesillusioneerd met pensioen gegaan? Wie weet. Ik leef in elk geval mee met de Russen, die weliswaar een mooi ambtelijk apparaat hebben voor noodsituaties, maar dat in praktijk totaal nutteloos en overbodig blijkt te zijn.

dinsdag 10 augustus 2010

Stadshart

Soms kom je in het dagelijks leven ineens zo’ n woord tegen waarvan je dacht dat het alleen in romans nog werd gebruikt. Stadshart is zo’n woord. Toen ik het voor het eerst zag staan dacht ik even dat ik het verkeerd had gelezen. Maar toen ik het op het volgende bordje nogmaals zag, wist ik dat het geen vergissing was. Vertwijfeld vroeg ik aan mijn vriend: “Stadshart? Bedoelen ze het centrum?” “Ja, zo noemen ze dat hier.”

Ik keek hem verbaasd aan. Bij het woord stadshart zie ik gelijk een klein, bloederig en stuiptrekkend hart voor me. Niet echt iets om je op te verheugen als je een middagje gaat shoppen. Stadshart roept ook associaties op aan de jaren tachtig, waarin er nog vol enthousiasme bloemkoolwijken en betonnen bunkers werden gebouwd. Weinig overtuigend voor een stad die de ambitie heeft om in 2018 culturele hoofdstad van Europa te worden.

Volgens mij heeft elke zichzelf respecterende gemeente het woord stadshart anno 2010 vervangen voor het gebruikelijkere woord centrum. Alleen Almere nog niet…

zondag 8 augustus 2010

Tien dingen waar ik helemaal happy van word

1. Verse Hollandse aardbeien als dessert (of als tussendoortje... )
2. Gras dat kriebelt onder mijn voeten tijdens een zomerse picknick
3. Stoplichten die op groen springen zodra ik kom aanfietsen
4. Uitslapen en daarna nog uren in mijn pyjama rondlopen
5. Een ijsje bij de beste ijssalon van Nederland
6. Een lieveheersbeestje dat even pauzeert op mijn schouder
7. Fris en schoon beddengoed
8. De basilicumplant die iedere dag weer een stukje groeit
9. Het gekleurde molentje als mijn computer druk bezig is
10. De geur van verse muffins

En nog veel meer...

zaterdag 24 juli 2010

A perfect night out in Rotterdam

1. Rotown
Een goed begin is het halve werk. Begin daarom met een borrel bij Rotown aan de Nieuwe Binnenweg. Hier drinkt heel hip Rotterdam zijn biertje(s). En zodra je trek krijgt, bestel je gewoon wat hapas of een pastaatje. Een heerlijk terras.

2. De Witte Aap
Als je uitgeluierd bent op het terras van Rotown wordt het tijd om mensen te gaan ontmoeten in de Witte Aap (Witte de Withstraat 78). Een ware klassieker waar het altijd gezellig is.

3. Warung Mini
Heb je van het dansen, kletsen en drinken weer trek gekregen? In de Witte de Withstraat is aan alles gedacht. Je hoeft vanuit de Witte Aap de straat maar over te steken en je hebt de keuze uit diverse restaurantjes die vrijwel de hele nacht open zijn. Mijn voorkeur gaat uit naar de Surinaamse snackbar Warung Mini. Heerlijke saté, saoto en roti. Je komt hier zeker niets tekort!

vrijdag 23 juli 2010

klein Drama

Dit stukje gaat over de NS. Met de NS heb ik een soort haat-liefdeverhouding. Ze doet veel goede dingen, maar regelmatig ook minder leuke dingen. En soms doet ze uitermate stom, bijvoorbeeld als het vriest of er blaadjes op de rails liggen. Gelukkig voor de NS ga ik het daar niet over hebben. Nee, dit stuk gaat over een klein Drama.

Zondagochtend 18 juli vertrok ik nietsvermoedend vanuit huis op weg naar Rotterdam CS. Normaal pak ik een andere route, maar de vakantiedienstregeling had deze verbinding onmogelijk gemaakt. Niet getreurd dacht ik: Ik ga gewoon naar CS en pak daar direct de intercity naar Eindhoven. So far, so good.

In de trein had ik me net lekker geïnstalleerd met een goed boek, toen hij vaart minderde. Da’s geen goed teken. De reden voor het afremmen verschilt van koeien op de rails en een rood sein (niet zo ernstig) tot ontsnapte gek op het spoor of technische mankementen (ernstiger), maar de ervaren treinreiziger weet: afremmen = vertraging. Dit keer was er een calamiteitenmelding in de tunnel bij Barendrecht (zeer ernstig). We strandden op station Lombardijen en mochten op het perron onze ongewisse toekomst afwachten.

Voor wie niet bekend is in Rotterdam: station Lombardijen, ligt minder dan 4 km van mijn huis en het is slechts één station verder dan het station Zuid waar ik normaal opstap. Ik was dus inmiddels drie kwartier onderweg en was vier kilometer opgeschoten. Niet de meest opbeurende constatering als je je hebt verheugd op lekker een boek lezen.

Wat volgde was veel bellen en overleggen, toch naar Dordrecht reizen, om vervolgens te ontdekken dat alle intercity’s naar het zuiden waren weggetoverd. Uiteindelijk ben ik na 2,5 uur met de moed der wanhoop teruggekeerd naar Rotterdam.

Op zo’n dag gaat alles wat verkeerd kan gaan, verkeerd. Ik was dan ook nauwelijks verbaasd toen er bij het uitchecken op Rotterdam rustig €10,- van mijn kaart werd afgeschreven. Boos liep ik het servicekantoor binnen om verhaal te halen. Maar ik stuitte opnieuw op vertraging: nog 15 wachtenden voor me. Argh!

Eenmaal aan de balie probeerde de jongen me af te schepen met de telefonische klantenservice van NS, maandag vanaf 8.00 uur weer bereikbaar. Toen ik daarop reageerde met “€0,10 per minuut zeker” begreep hij dat hij daar niet mee weg kwam. Gelukkig had hij een goede bui en ging aan de slag om te zoeken naar een andere oplossing: “Even een collega vragen.” “Even Utrecht bellen om assistentie te vragen.” “Ik weet nu welk formulier ik moet hebben.” “Ze zijn op.” “Dit formulier moet ook kunnen.” “Maar hier kun je nergens een bedrag invullen.” “Nee, dit klopt ook niet.” “Nou, weet je wat, ik zet er gewoon weer €10,- bij. Dan is de NS maar niet blij met mij.”

Misschien, maar als klant waardeer je dit soort medewerkers des te meer!

vrijdag 21 mei 2010

Roddelblad

Ik heb nog nooit een roddelblad gekocht. Ik bladerde ze hoogstens even door bij de tandarts en dat was voor mij meer dan voldoende om weer een beetje mee te kunnen praten op feestjes. Ik heb dus werkelijk nog nooit een roddelblad gekocht. Tot vandaag.

Want na alle kritische commentaren op het blad Binnnenhof was ik toch wel nieuwsgierig geworden. Voor degene die het gemist hebben: Binnenhof is een eenmalige glossy van HP/De Tijd en Weekend die bol staat met feiten en verzinsels over voornamelijk het privéleven van politici. Voer voor discussie dus, zeker in tijden van verkiezingen.

Ik vond dat ik als actieve campaigner en fanatiek blogger toch moest weten waar nu al die discussie over ging. Werd hier echte vuilnisbakkenjournalistiek bedreven? Stond er iets compromitterends in over kandidaten van mijn partij? Daarvan moest ik dan toch op zijn minst op de hoogte zijn.

Na in Den Haag een paar keer achter het net gevist te hebben (het blad was overal uitverkocht), had ik in Rotterdam meer geluk. Blijkbaar zijn Rotterdammers te nuchter voor Haagse roddel en achterklap. Hier in Rotterdam wordt gewerkt in plaats van gepraat.

En gelukkig maar, want zo spannend was het allemaal niet. Op een paar uitzonderingen na (en die zijn al zo breed uitgesponnen in de media dat ik ze hier niet nog eens ga herhalen) stond er weinig schokkends in. Veel plaatjes, weinig tekst en veel suggestieve verbanden tussen die twee. Ik weet dus weer waarom ik nooit roddelbladen koop: ze zijn totaal niet interessant, hoeveel mediaophef er ook over komt.

donderdag 20 mei 2010

De SS Rotterdam

Het is alweer een week geleden, maar vorige week donderdag bracht ik een bezoek aan de SS Rotterdam (Of is het nou SS De Rotterdam?). Een aanrader voor iedereen die van oude scheepjes houdt of die ooit wegzwijmelde bij de film Titanic.

Het schip is gratis toegankelijk en tegen alle verwachtingen in konden we ook zonder een audiotour (€16,- p.p.!) het hele schip verkennen. Het is me tot op heden niet helemaal duidelijk of dit per ongeluk was of dat het altijd mag, maar goed, dat doet er nu niet meer toe. Ik heb ervan genoten dat we, zonder eerst diep in de buidel te tasten, vrij over alle dekken en stuurhutten konden rondstruinen. Overigens, zou ik -achteraf gezien- wel bereid zijn geweest de audiotour te betalen. Eenmaal in de hut van de kapitein wil je toch wel weten waar al die apparatuur voor dienden en hoe een dag van een stuurman eruit zag.

Het bijzondere aan de SS Rotterdam is dat het een wereld op zich is. Er zijn restaurants, winkels, hotelkamers, personeelsverblijven, zwembaden, casino’s, danszalen, enzovoorts. Alles wat een mens nodig heeft om uiterst comfortabel, soms zelfs ronduit luxueus, de wereldzeeën over te varen, is hier aanwezig. Het is een wereld waar je als gewone burger normaal niet komt en dat maakt het des te spannender. Een echte aanrader dus!

woensdag 12 mei 2010

Reclame

We lezen het allemaal, we kunnen er niet om heen en we kunnen ook niet meer zonder. Maar het blijft een vreemd fenomeen. Toen ik gisteren thuiskwam lag er, ondanks de Nee/Nee-sticker, een groot pakket nieuwe folders in de brievenbus. En ik kon het niet nalaten ze even door te bladeren.

Zo las ik onder andere: “Etos gaat los.” En ineens dacht ik: Hoezo? Hoezo gaat Etos los? Hebben ze een biertje teveel op? Of is Etos eigenlijk een hond die normaal alleen aangelijnd over straat mag? De V&D gooit het over een andere boeg en kiest voor “Zomerhitte.” Hoezo, zomerhitte? Het is nauwelijks tien graden buiten, dat noem je toch geen zomerhitte?!

Verder leerde ik dat Mediamarkt Alexandrium zijn grote verjaardag viert. Maar of dat een feest is voor de consument of voor de winkelier blijft onduidelijk. Schattig is dan weer wel dat Mediamarkt Centrum en Beijerlandselaan ook mee mogen doen. Tot slot laten ook de beddenzaken van zich horen: de een heeft het over lentedroomweken, de ander over nationale slaapweken. Maar wat betekent het? Dat je nu twee nachten slaap voor de prijs van één krijgt? Of dat we allemaal zoete lentedromen hebben de komende week?

Het slaat allemaal helemaal nergens op. Maar zoals Aaf ook al in haar column (10 mei jl.) schreef: het werkt. Dat is het enige wat telt.

dinsdag 11 mei 2010

Aahhh, wat schattig!

Zomaar ergens midden in Rotterdam...

maandag 10 mei 2010

OV-chipkaart


Over de OV-chipkaart zijn ongetwijfeld al veel goede stukken geschreven. Toch wil ik jullie mijn avonturen met de OV-chipkaart niet langer onthouden. Want hoewel ik al vroeg ben overgestapt en ik hard mijn best doe, wil het tussen mij en mijn kaart maar niet boteren.

Het probleem zit hem erin dat mijn prachtige NS-OV-chipkaart normaliter in mijn portemonnee zit. Gezellig tussen het bankpasje en de bibliotheekkaart. Al die pasjes zitten daar lekker knus samen en alleen als ik er één nodig heb, haal ik hem er even tussenuit. Om hem daarna direct weer terug te stoppen bij al zijn vriendjes en vriendinnetjes.

Maar de OV-chipkaart heb je niet één keer nodig, maar een heleboel keer kort achter elkaar. Tel even met me mee. Voor een eenvoudig simplek bezoek aan Gouda moet je: tram in& uit, trein in& uit, trein terug in& uit, tram in& uit. Dat is dus acht keer in één ochtend! Acht keer je pasje tevoorschijn halen en netjes langs de scanners bliepen. Want anders kost zo’n ritje je ineens geen €7,40 meer, maar €28!

Het gevolg van dit regelmatige scannen is dat mijn OV-chip continu verhuisde van jaszak, naar broekzak, naar geheime vakjes in mijn tas. Tijdens al die uitstapjes buiten mijn portemonnee moet mijn OV-chipkaart de vrijheid hebben geroken, want ineens was hij er niet meer. Hij is de wijde wereld in getrokken om nu eens zelf te bepalen waar de reis heen gaat… Ik wens hem veel reisplezier!

woensdag 5 mei 2010

Het volkslied


In deze tijd, zo rond Koninginnedag en 4 en 5 mei, hoor je weer overal het volkslied. Een eeuwenoude traditie die volk, vaderland en voetballand verenigt. Prachtig! Maar tot mijn schande moet ik bekennen dat ik na de eerste vier regels uit volle borst te hebben meegezongen, ik altijd de weg kwijt raak na "tot in den dood."

Dus zo kwam ik gisteravond ineens op een site Nederlands als tweede taal terecht. Ik had niet verwacht dat ik daar nog eens iets zou opzoeken, maar hun tekst was op prettige wijze aangepast aan hedendaags Nederlands. Puristen die het hadden over "ick van Duytschen bloet" en "Den Coninck van Hispaengien" zijn naar mijn idee in een ver verleden blijven hangen. Daarnaast hadden ze op deze site zelfs een uitleg van moeilijke woorden! Nu weet ik bijvoorbeeld dat "onverveerd" zonder angst betekent en dat "Duitsen bloed" is afgeleid van Diets, wat weer een afkorting is van Nederdiets, Nederlands.

Kortom, een leerzame avond! En voor wie even een geheugensteuntje nodig heeft, hierbij het eerste couplet:

Wilhelmus van Nassouwe
ben ik, van Duitsen bloed,
den vaderland getrouwe
blijf ik tot in den dood.

Een Prinse van Oranje
ben ik, vrij onverveerd,
den Koning van Hispanje
heb ik altijd geëerd.

maandag 3 mei 2010

Het regent...

Het regent, het regent,
de pannetjes worden nat
Er kwamen twee boerinnetjes
die vielen op hun kinnetjes
Het regent, het regent,
de pannetjes worden nat.

Het regent, het regent,
de pannetjes worden nat
Er kwamen twee soldaatjes aan
die vielen op een gat!

zondag 2 mei 2010

Lahmacun

Afgelopen donderdag heb ik voor het eerst lahmacun (spreek uit: laghmadzjun), oftewel Turkse pizza gemaakt. Het was een hele belevenis en een geweldige ervaring!!

Toen ik om 13.00 uur bij mijn schoonmoeder Peruza aankwam stond de teil met vier (!) kilo gehakt al klaar. En de uiten, ca. 15 (!) stuks, waren al gepeld. We hoefden ze alleen nog even door keukenmachine te laten fijn hakken. Enkele tomaten en paprika’s en een mand peterselie wachtten hetzelfde lot. Verder roerden we flink wat kruiden en een kom tomatenpuree door het gehakt. Flink kneden (lees: tot aan je ellebogen in de prut) en klaar was de vulling!

Het was me inmiddels duidelijk: we gingen niet even een paar lahmacun maken, nee, we gingen voor de hele familie plus alle aanhang lahmacun maken. Toch was ik opnieuw onder de indruk toen we het deeg gingen bereiden: 2 blokjes gist, 6 kilo bloem, 3 liter melk en 3 liter water en flinke scheuten zonnebloemolie gingen erdoor. Grote bewondering heb ik voor Esme die het geheel tot een mooi glad deeg wist te kneden.

Nu hadden we twee kommen: één met deeg en één met vulling, en kon het echte werk beginnen. Van het deeg maakten we tientallen kleine balletjes die we kort lieten rusten. Daarna werden ze uitgerold en bedekt met een laagje vulling. Dit klinkt simpel, maar het kwam allemaal heel nauw. De deegballetjes mochten niet te groot en niet te klein zijn; de bodem moest min of meer rond of ovaal uitgerold worden; de vulling mocht er niet te dun, maar ook niet te dik op gesmeerd worden; het deeg mocht niet aan de tafel plakken, maar te veel bloem erop was ook niet goed.

Het viel niet mee, maar gelukkig werd ik professioneel begeleid door vrouwen met jarenlange ervaring. Bovendien waren er genoeg ingrediënten om eindeloos te oefenen: in totaal hebben we die middag 160 lahmacun gebakken! Jummie!

vrijdag 30 april 2010

Schrijven

Ik ga een boek schrijven!

Meer zeg ik er nog niet over. Eerst maar eens het eerste hoofdstuk op papier zien te krijgen...

donderdag 29 april 2010

Het andere Rotterdam

Nee, dit is niet Gouda of Leiden. Dit is Rotjeknor. Ze zijn er dus echt: mooie, oude stukken Rotterdam. Kom, kijk en geniet!










woensdag 28 april 2010

De Mac onder bibliotheken

Vorige week schreef ik jullie al in een bijzinnetje over de bibliotheek van Almere, maar daarmee heb ik de bibliotheek onvoldoende recht gedaan. De pas geopende bibliotheek heet, heel toepasselijk, de nieuwe bibliotheek. De eerste keer raakte ik nog een beetje gedesoriënteerd tussen de Doorkijk en de Luwte, maar tijdens mijn tweede bezoek wist ik er al aardig mijn weg te vinden.

Er zijn verschillende hoekjes en niveaus. Veel ronde vormen (zelfs halfronde boekenkasten), maar het blijft overzichtelijk. Soms word je even op het verkeerde been gezet, bijvoorbeeld dat de linkerroltrap omhoog gaat, maar eigenlijk is dat ook wel weer grappig. Het geheel is aangekleed met luxe loungebanken, stylish lampen en hippe vloerkleden met daarop afbeeldingen van lezers die helemaal in hun boek opgaan.


Het leuke van deze bibliotheek is vooral de indeling van de materialen, die is namelijk intuïtief. De bezoeker dient aan te voelen dat de kinderboeken zich op de Achterbank bevinden en dat de thrillers in de winkel Hoogspanning liggen. Minder vanzelfsprekend zijn voor mij de boeken over dieren in de Luwte en de kookboeken in de Living (kookboeken horen toch in de keuken?), maar dat zal wel een kwestie van gewenning zijn.

Eigenlijk is de bibliotheek van Almere de Mac onder de bibliotheken: vernieuwend, strak design en gebruiksvriendelijk. Heerlijk!

dinsdag 27 april 2010

De bubbel

Zondagavond heb ik behalve Jong (zie blog van 26 april 2010) ook de eerste aflevering van BNN’s De bubbel gezien en ik kan het iedereen aanraden! Het is lang geleden dat ik zo gelachen heb om een tv-programma.

Het concept: drie gasten ( in dit geval: Joep van Deudekom, Peter Heerschop en Viggo Waas) worden één week lang in een luxueuze landvilla van de buitenwereld afgesloten. Geen radio, tv, internet of mobiele telefoon; noppes, nada, niente. En dat levert al gelijk de eerste schattige bekentenissen op. Joep van Deudekom: “Ik miste mijn mobieltje. Iedere keer als ik opstond voelde ik in mijn broekzak of hij er zat, maar hij zat er niet.”

Na een week krijgen de gasten allerlei nieuwsberichten voorgeschoteld met de vraag of het echt gebeurd is. Zo konden ze niet geloven dat de Hema-messen in het nieuws waren omdat een tbs’er er een vrouw mee had neergestoken. “Daarvan hoop je dat het niet waar is,” aldus Peter Heerschop. Tegelijkertijd leek hen de reportage over een neergestort vliegtuigje met vijf lijken hen waarschijnlijker dan die waarin wordt bericht over Minister De Jager die een eitje kopt.

Kortom, een frisse blik op de dagelijkse flow van nieuws die we over ons heen krijgen en veel lachen. Een aanrader, al was het alleen maar omdat Máxima volgende week meespeelt.

maandag 26 april 2010

Heftig


Hebben jullie toevallig gisteravond de uitzending Jong op Nederland 3 gezien? Het ging over Debralee, de Flair-columniste die over haar leven met kanker schreef.

Ik had de televisie al bijna uitgezet toen haar foto in de vooraankondiging van Jong mijn aandacht trok. Toevallig heb ik namelijk 2-3 weken geleden in Debralees column gelezen dat ze gefilmd werd voor een televisieprogramma. Die opname werd gisteren dus uitgezonden.

In het programma zag je een leuke, normale jonge meid met een niet zo normaal leven. Dagelijks neemt ze een hele batterij aan medicijnen en haar uitvaart is al tot in de puntje geregeld. Je ziet zelfs hoe een kist de verbrandingsoven ingaat. Anderzijds staat ze nog volop in het leven, werkt ze stug verder aan haar bucketlist en schildert ze de muur van de kamer waar ze opgebaard zal worden zelf roze. Een absurde combinatie, maar daarom juist erg mooi.

Debralees optimisme is eindeloos en werkt aanstekelijk. Ondanks alle ellende blijft ze lachen. Een wijze les die me diep van binnen raakt. Zeker wanneer er bij de aftiteling verschijnt dat Debralee kort voor de uitzending is overleden. Wat een klap! Ik neem mezelf direct voor nog meer van het leven te genieten, bij de dag te leven en leuke dingen niet meer uit te stellen. En natuurlijk wens ik haar man, vriendinnen en familie heel veel sterkte toe bij het verwerken van dit verlies.

vrijdag 23 april 2010

Uithoudingsvermogen

Als je nog in de race bent voor verschillende functies (zoals ik) is solliciteren eigenlijk een gevaarlijk onderwerp om over te schrijven. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan.

In eerdere blogs heb ik sollicitanten wel eens vergeleken met kameleons (21 juli 2009). Iedere kandidaat probeert zich tijdens een sollicitatiegesprek zo goed mogelijk aan te passen aan de functie en het bedrijf. Ze nemen als het ware een schutkleur aan net zoals een kameleon dat in de natuur doet. Ook heb je soms de moed van leeuw nodig om werkgevers tegemoet te treden en dien je listig als een slang antwoord te geven op moeilijke vragen.

Ik realiseer me nu dat dit niet het hele verhaal is van de ideale sollicitant en de dierlijke eigenschappen die hij/ zij met zich meebrengt. Ik ben namelijk één belangrijke eigenschap vergeten: uithoudingsvermogen. De beste kandidaat is niet alleen degene die zich het beste aanpast, maar ook degene die dat het langste volhoudt. In dat opzicht zouden sollicitanten een voorbeeld kunnen nemen aan antilopen en gazellen, die met gemak een snelheid van 70 km/h halen en dat ook geruime tijd volhouden.

De ideale sollicitant is dus een combinatie van kameleon, gazelle, slang en leeuw. Wat voor misvormd fantasiebeest zou daaruit komen?

donderdag 22 april 2010

Spannend dagje Almere

Hoewel deze titel klinkt als een contradictio in terminis, is dat niet het geval. Ik stapte namelijk gisterochtend om 6.00 uur nietsvermoedend uit mijn bed. Ik had niets anders dan een rustig dagje in de provinciestad Almere voor de boeg. Het enige dat nog een beetje reuring aan de dag kon geven was dat ik met vriendlief naast me op en neer naar Almere zou rijden. Maar de werkelijkheid bleek weerbarstiger…

Mijn ontspannen dagje Almere werd een van de spannendste dagen in mijn werkloze bestaan tot nu toe. Almere bleek een van de meest onverwachte steden van Nederland. In welke andere stad raak je op één dag betrokken bij een auto-ongeluk; verdwaal je in de übermoderne bibliotheek (waar de verschillende afdelingen ineens winkels heten, die tot de verbeelding sprekende namen hebben als Hoogspanning, de Living en de Doorkijk en waar romans gebroederlijk naast de managementboeken en kookboeken naast de waargebeurde verhalen staan); moet je een ellenlange Skoda Octavia stationwagen door een te smalle parkeergarage manoeuvreren; hang je als een echte hangjongere een groot deel van de dag in een café en ontvang je de uitslag van twee sollicitatiegesprekken?! Het is me toch echt allemaal overkomen gisteren. In Almere.

zondag 18 april 2010

Hans Teeuwen zingt

De show Hans Teeuwen zingt afgelopen vrijdag in het Oude Luxor in Rotterdam stond als een huis. Hans Teeuwen heeft een dijk van een stem waarmee hij alles aankan. Hoog, laag; hard, zacht; snel, langzaam, hij kan het allemaal. Hij zong liedjes van zichzelf, maar ook van klassiekers als Frank Sinatra en Cole Porter. Langzame ballads en snelle swingende nummers. De begeleiding door zijn band de The Painkillers maakte het geheel compleet. Vooral de pianist Ruben Hein en de saxofonist Benjamin Herman (New Cool Collective) sprongen er positief bovenuit.


Dat Hans Teeuwen in het verleden als cabaretier op de bühne stond, is nog duidelijk te merken. Hij weet als geen ander contact te maken met de zaal en het publiek mee te krijgen. Ook schuwt hij het persoonlijk aanspreken van bezoekers op de eerste rij niet. Anderzijds bedient hij zich hier en daar nog van goedkope grappen en platvloerse liedjes, terwijl deze niet meer echt bij zijn nieuwe rol als jazzzanger passen.

Kortom, wie zich niet stoort aan flauwe grappen tussendoor en zin heeft in een avondje lekker swingen mag Hans Teeuwen zingt zeker niet missen.

vrijdag 16 april 2010

Maffia

Maffia, een mooi woord. Het allitereert lekker: mooie, malafide maffiosi, bijvoorbeeld. Een mooi woord dus. Alleen jammer dat er achter dit onschuldige woord een vervelende wereld schuil gaat. Niet alleen in Italië, maar ook in Nederland. En terwijl vriendlief zich met enige regelmaat opwindt over de koekenboerenmaffia, heb ik tegenwoordig zelf een maffiabende ontdekt: de makelaarsmaffia.

Dat zit zo, sommige makelaars beloven je gouden bergen. Ieder weldenkend mens wordt daar achterdochtig van en vraagt dus door: Kan ik dit huis echt voor zo’n lage prijs kopen? Wat zijn de verborgen gebreken? Hoe zit het met de kosten van uw diensten? Wat zijn de bijkomende kosten?

Voor makelaars valt het niet altijd mee om deze lastige vragen van mondige burgers goed te beantwoorden. Zo heb ik een keer meegemaakt dat alles tot in den treure was doorgesproken, maar dat de makelaar desondanks was vergeten te vermelden dat zijn tarief, 1% van de aankoopsom, exclusief BTW was. Op een huis van een paar ton, maakt dat toch al snel honderden euro’s uit. Gelukkig hadden we met een eerlijke makelaar te maken, die, na enige discussie, zijn fout toegaf. Het betrof hier blijkbaar een hoffelijk exemplaar, zoals je ze niet vaak meer tegenkomt.

Minder fortuinlijk is het afgelopen met meneertje makelaar die beloofde een mooi huis voor een goede prijs te verhuren. Want na twee maanden was er nog geen huurder gevonden en werd meneertje makelaar zenuwachtig. Ondertussen waren er genoeg geïnteresseerden voor de woning, maar meneertje makelaar kon ze niet vinden. Toen de eigenaar daarop het heft in eigen handen nam en zelf een huurder regelde, kreeg meneertje makelaar het helemaal benauwd. Wat moest hij doen? Een rekening sturen? De sleutels houden? Ze in de gracht gooien?

Arm meneertje makelaar. Hij wist zich geen raad met de situatie. Hij had gefaald. Ten einde raad koos hij voor de vlucht naar voren door de huiseigenaar te bedreigen en te intimideren. En hij droomde ervan de eigenaar rekeningen en incassobureaus te sturen, maar in werkelijkheid durfde hij niets te ondernemen. Hij had immers geen poot om op te staan. Het is dan ook niet meer goed gekomen met meneertje makelaar. Langzamerhand raakte hij en zijn bureau aan lager wal. Maar ja, wat wil je ook als je niet eens de Nederlandse taal beheerst en teksten schrijft als: “Ben je nu wel bereidt te betalen?”

Dus jongens en meisjes, één wijze les (gratis en voor niets): kies niet het beroep van malafide makelaar (hoe mooi dat ook klinkt) en blijf uit de buurt van de makelaarsmaffia!

maandag 12 april 2010

Overloper

Ik moet jullie iets bekennen: ik ben een overloper. Vroeger las ik de nrc.next, maar nu Aaf bij de Volkskrant zit en die krant ook op tabloid verschijnt, ben ik overgestapt. En ik moet zeggen, het valt niet tegen. Het is even wennen, maar de sudoku is in elk geval een stuk uitdagender.

Maar dit stukje gaat niet over een vergelijking tussen de nrc.next en de Volkskrant, het gaat over overlopers. En het wordt nog erger, want ik ben geen gewone overloper, nee, ik ben een dubbele overloper! Ik ben vandaag tijdens het hardlopen van zuid naar noord overgestoken...

zaterdag 10 april 2010

Werelds museum

In het begin moest ik heel erg wennen aan Rotterdam. En als ik zeg: heel erg, dan bedoel ik eigenlijk héél erg. De brug, het verhuizen, de inrichting en het naroepen op straat; alles zat tegen.

Gelukkig is het ergste nu achter de rug en heb ik gaandeweg meer tijd en rust om de stad te verkennen. En het leuke aan wonen in Rot-stad is dan dat je soms ineens bijzonder positief verrast wordt. Zo bezocht ik het vorige week voor het eerst het Wereldmuseum aan de Willemskade.

Een heerlijk museum in een prachtig oud gebouw. De collectie omvat gebruiks- en kunstvoorwerpen uit alle vijf de werelddelen. Van voodoo-poppen tot Boeddha-beelden en van een Afrikaans zwangerschapskleed tot Amerikaanse waterkruiken die meer dan duizend jaar oud zijn. Kortom, een interessante en fascinerende collectie.

Maar dat is niet de enige reden dat ik zo enthousiast ben over dit museum. Het bijzondere aan dit museum is dat het meer is dan een museum. Letterlijk, want het herbergt behalve de collectie ook een theater, een balzaal, en een kwaliteits-café-restaurant. Maar ook figuurlijk: het is een ontmoetingsplek. Een plek om even binnen te lopen, om je krantje te lezen, om te studeren, om te vergaderen, een cadeautje te kopen of een filmpje te pakken. Alle mogelijke drempels zijn weggenomen: de entree is gratis en ook de openingstijden: iedere dag van 10.00-22.00 uur, kunnen geen enkele belemmering meer vormen.

Kortom, het Wereldmuseum is een werelds museum!

vrijdag 9 april 2010

Alles anders (2)





Ik schreef het jullie al eerder: ik ben verhuisd. Van Den Haag naar Rotterdam. In kilometers niet de grootste verhuizing uit mijn nog jonge leventje, maar voor mij voelt het toch alsof ik naar een andere wereld ben verhuisd.



- Van jaren '30 woning met veel grandeur naar een galerijflat die nog jonger is dan ik zelf ben.
- Van een stad vol groen naar een stad met veel grijs.
- Van een stad waar je in het openbaar vervoer nog met de strippenkaart kunt reizen naar de onvolprezen "Vergeet niet uit te checken" OV-chipkaart.
- Van een woning met parket en enkel glas naar een goed geïsoleerd appartement met laminaat.
- Van alleen wonen naar samenwonen.
- Van een stad vol ministeries naar een stad vol wolkenkrabbers. (Ik ben er nog niet uit wat saaier of spannender is.)
- Van een stad waar zelden iets te beleven valt naar een stad waar elk jaar meer dan 900 evenementen plaatsvinden.
- Van een stad aan zee naar een stad waar een enorme rivier doorheen stroomt.

Nogal wat veranderingen dus. Gelukkig ben ik niet wezenlijk veranderd; mijn nieuwsgierigheid is er nog altijd. Ik ga dus de komende tijd lekker op ontdekkingstocht door mijn nieuwe stad. "Rotterdam, here I come!"

donderdag 8 april 2010

Alles anders

“Bloggers spotten trends, bepalen wat hot is wat not en krijgen zo steeds meer invloed. Sommigen hebben zelfs een sterrenstatus bereikt.” Dit las ik onlangs in een minizine waarvan ik de naam niet heb onthouden.

Nou, met die sterrenstatus gaat het nog niet zo hard. En van die groeiende invloed merk ik weinig. Maar goed, dat heb ik natuurlijk ook grotendeels aan mezelf te wijten: meer dan twee maanden geen nieuwe stukjes, telkens hetzelfde artikel bovenaan, dat is geen goede pr.

Ik kan natuurlijk 101 redenen aanvoeren voor deze tijdelijke radiostilte. Te weinig inspiratie en te veel afleiding. Ik was druk met verhuizingen, sollicitaties, gemeenteraadsverkiezingen en een nieuw huis in een nieuwe stad. Maar op dat soort excuses zitten jullie vast niet te wachten, dus daar zal ik jullie niet verder mee vermoeien.

IK ga gewoon weer schrijven. Misschien niet elke dag, maar wel regelmatig. Vanaf nu wordt alles anders. Meer posts, kortere berichten afgewisseld met langere stukken, andere onderwerpen, verschillende stijlen en bovenal meer experimenten. Laat me weten wat jullie ervan vinden!

zondag 21 februari 2010

Arbeid adelt

Eventjes geen gezeur over de val van het kabinet, de missie in Uruzgan en de landelijke politiek. Veel belangrijker nu zijn de gemeenteraadsverkiezingen waar het gaat om zaken die raken aan het dagelijks leven van gewone mensen.

Zo bezocht staatssecretaris Jetta Klijnsma vorige week de kringloopwinkel in Den Haag. Daar werd een discussie gehouden over gesubsidieerde arbeid. Eindelijk aandacht voor dit o zo belangrijke onderwerp.

Als werkzoekende ervaar ik momenteel namelijk zelf hoe het is om aan de zijlijn te staan. Uitzendbureaus nemen geen nieuwe kandidaten aan en werving- en selectiebureaus delen me mede dat ze “helaas” niets voor me kunnen doen. En dat terwijl ik met mijn opleiding, werkervaring en sociale netwerk toch over voldoende handvatten zou moeten beschikken om aan de slag te gaan.

Hoe moet het dan wel niet zijn als je iets minder geluk hebt? Wanneer je bijvoorbeeld een strafblad hebt, of een lichamelijke beperking? Werkgevers willen dat soort mensen niet. Terwijl deze werknemers wel graag werken. Daarom ben ik blij dat PvdA zich inzet voor werk. Of het nu gaat om een participatiebaan of een gewone baan, arbeid adelt!

zaterdag 23 januari 2010

De gelukkige huisvrouw

Het kan niet: gestudeerd hebben en dan werkloos thuis op de bank zitten. Beetje schoonmaken, af en toe boodschappen doen en koken voor manlief. Geen carrière, geen veeleisende baas, geen dwingende targets en geen hoogdravende ambities.

Het kan niet, het mag niet. Men spreekt er schande van, vriendinnen vragen me verbtwijfeld of ik me wel goed voel. En het moet natuurlijk niet te lang duren, maar op dit moment geniet ik er stiekem van. Inkopen doen terwijl de rest van Nederland op kantoor zit, op mijn gemakje de krant lezen en uitgebreid de tijd nemen voor familiebezoekjes.

Het kan niet, het mag niet, het hoort niet.
Maar ik doe het toch!

donderdag 21 januari 2010

Wennen aan Nederland

In de eerste weken nadat ik terug was uit Nepal vroeg iedereen me “Hoe is het om weer in Nederland te zijn? Ben je alweer een beetje gewend?” Ik antwoordde dan altijd vrolijk lachend “Ja hoor, ik ben weer helemaal gewend.” Ik was in een roes van thuiskomen en genoot met volle teugen van de warme douche en de stamppotten. Bovendien had ik het idee dat, omdat ik nu eenmaal Nederlandse van geboorte ben, ik niet echt aan de Nederlandse gebruiken en gewoonten hoefde te wennen.

Nu, na vier weken thuis, moet ik op die theorie terugkomen. Ik had het eerst nog niet zo in de gaten (weer die roes), maar eigenlijk moet ik juist nu in Nederland weer wennen. Van het huishouden tot alle technologische snufjes en van de bureaucratie tot de snelheid waarmee dingen veranderen.

In Nepal hoefde ik me niet druk te maken over koken, er werd voor me gekookt. In Nepal hoefde ik mijn fiets niet met 33 sloten vast te zetten, want ik ging overal te voet heen. In Nepal hoefde ik geen rekeningen te betalen, ik betaalde mijn gastgezin en dat was genoeg. In Nepal hoefde ik niet te kiezen uit 8 soorten jam, want ze eten daar geen jam. In Nepal had ik geen agenda, de afspraken onthield ik uit mijn hoofd. En zo kan ik nog wel even doorgaan.

Kortom, het leven daar was totaal anders. En ook al geniet ik van alle luxe hier om me heen, stiekem mis ik het eenvoudige leven toch ook wel.

Zucht, het is ook nooit goed…

maandag 11 januari 2010

Less is more

Het motto is “Less is more” geworden. Voor wie niet weet waar het over gaat: ik heb het over mijn Curriculum Vitae. Het opstellen van een goed CV is geen sinecure en het heeft dan ook even geduurd voordat ik een CV had waarmee ik de markt op durf (zie ook blog van 5 januari 2010).

Waarom “Less is more”? Om verschillende redenen. Allereerst heb ik de indruk dat vaak wordt gedacht ‘hoe langer mijn CV, hoe geschikter ik ben.’ Hoe meer je hebt gedaan, hoe beter je bent. Ik vind dat een kortzichtige manier van redeneren en zet me er met mijn CV tegen af.

In het verlengde daarvan vind ik het irritant dat mensen in hun CV ineens een hele andere toon aan slaan dan ze in het dagelijks leven doen. Je werkzaamheden heten ineens ‘verantwoordelijkheden’ en je hobby’s ‘nevenactiviteiten.’ Om nog maar te zwijgen over de term Curriculum Vitae zelf. Waar is de vernieuwing in sollicitatieland gebleven?

En dan mijn belangrijkste reden om mijn CV kort en krachtig te houden: alles is tegenwoordig op internet na te zoeken. In een tijd waarin dingen als mijn favoriete merk, burgerlijke staat en vakantiefoto’s op het web staan, voelt het onzinnig om in mijn levensbeschrijving uitgebreid in te gaan op vaardigheden en verantwoordelijkheden. Het past gewoon niet bij me.

Dus vanaf nu is mijn Levensloop superkort. Geen woonadres (in onze moderne wereld is fysieke woonplaats niet interessant meer), geen cursussen, geen beschrijvingen van verrichte werkzaamheden, geen apart kopje voor hobby’s en geen ICT-vaardigheden meer. Wie het wil weten, mag me ernaar vragen, dan vertel ik ze met plezier meer over mezelf. Of ik verwijs ze naar mijn blog ;-)

dinsdag 5 januari 2010

CV-perikelen

Een nieuw jaar, nieuw huis, nieuwe woonplaats, kortom een nieuwe Linda. Dus ook hoog tijd voor een nieuwe baan. Vol enthousiasme ben ik, samen met de rest van werkend en solliciterend Nederland, op maandag 4 januari fris van start gegaan. Vacatures zoeken, het aanbod van uitzendbureaus checken, contact opnemen met de beloofde re-integratiecoach en … mijn CV updaten.

Bij dat laatste ging het hopeloos mis. Want wat een keuzes moet je dan ineens maken! Lettertype, grootte van de letter, regelafstand, kolommen, tussenkopjes, in kleur of zwart-wit, met foto of zonder. En dan heb ik het nog niet eens over de meer inhoudelijke vragen als: Wat vermeld je wel en wat niet? Wat is echt relevant? Gaan we voor “Less is more” of voor “Big is beautiful”?

Ik kwam er niet uit. Ik maak er graag een kunstwerkje van, maar dat mag dan weer niet, omdat dat onprofessioneel overkomt. En in alle sollicitatiehandboeken wordt het belang van een goed (lees: saai) CV tot in den treuren onderstreept. Dat maakt het er niet makkelijker op. Integendeel, de druk neemt alleen maar toe. En om er nog een schepje bovenop te doen, wordt er ook nog vaak geadviseerd om je CV aan te passen aan de functie waarop je solliciteert. Oftewel, de dilemma’s zijn niet eenmalig, nee, ze keren bij iedere sollicitatie terug.

Een ware nachtmerrie dus voor iemand niet gemakkelijk keuzes maakt, die graag creatief bezig is en die bovendien een perfectionist is. Jullie begrijpen, het echte solliciteren staat nog even in de ijskast. Eerst maar eens een mooi curriculum vitae ontwerpen…