Ongeveer twee weken geleden schreef ik vol enthousiasme op Facebook: „proefversie van mijn website af!” Een stortvloed aan reacties volgde. Helaas moest ik velen teleurstellen, want de site was nog niet online. En wat ik op dat moment nog niet wist is, is dat een proefversie eigenlijk slechts het begin is van een lang, lang proces.
Je zou het maken van een website kunnen vergelijken met het binnenlopen van een ouderwetse snoepwinkel. Ineens zie je overal om je heen allerlei heerlijks. Na van de eerste schrik bekomen te zijn, vraag je bedeesd: „Mag ik wat snoep scheppen?” En de verkoopster roept enthousiast: „Ja natuurlijk! Wat wil je? We hebben drop: zoete en zoute drop, boerderijdrop, muntdrop, en o ja, vergeet ook de Engelse drop niet! Of houd je meer van spekjes? We hebben grote en kleine, roze en gele! Of de ballen, die zijn ook erg lekker: zure ballen, toverballen en kauwgomballen natuurlijk! Welke wil je?”
De snoepwinkel ontvouwt zich tot een waar paradijs voor elk kind. Je wordt overweldigd door de mogelijkheden, probeert van elke soort wel een paar en je eindigt met een vervelende buikpijn in een hoekje. Een website bouwen gaat ongeveer net zo. Er zijn talloze mogelijkheden en opties. Wil je die balk rood of zwart? De letters wit, grijs of zwart? Een kader om de tekst of niet? Hoe moeten de links eruit zien en moeten ze binnen de pagina geopend worden of in een nieuw venster? Eén lettertype of meerdere? En welke puntgrootte had u gehad willen hebben, mevrouw?
Kortom, het is een oerwoud aan opties, waar je vaak maar moeilijk uit kunt ontsnappen. Je pols wordt omslingerd door een liaan en je struikelt voortdurend over boomwortels en takken. Je blik gaat schichtig heen en weer en na een tijdje heb je geen idee meer welke kant je op moet. Gelukkig had ik een kapmes bij me en heb ik me er doorheen weten te werken! Binnenkort meer…
woensdag 25 augustus 2010
maandag 23 augustus 2010
Capac Hucha
Afgelopen zondag bracht ik met mijn moeder een bezoek aan het Wereldmuseum in Rotterdam. Nog steeds een heerlijke museum, waar je wordt ontvangen door vriendelijk en behulpzaam personeel, een goeie cappuccino kunt drinken en last, but not least, met een prachtige collectie. Dit keer bezochten we de tentoonstelling INCA’S Capac Hucha. Ik had me blijkbaar niet goed voorbereid, want dan zou de ondertitel „Een indrukwekkende expositie over mensenoffers in de Andes, staatsrituelen, het Incarijk en de godenwereld.” me misschien hebben gewaarschuwd.
Capac Hucha betekent mensenoffer. En er werden in deze tentoonstelling geen doekjes om gewonden: kinderen, soms zelfs baby’s werden op bijzondere wijze geofferd. De koning van de Inca’s kon op deze manier het contact met de voorouders herstellen en meer te weten komen over de werking van de kosmos. In de zalen werden diverse mummies van slachtoffers getoond. En zelfs na het horen van alle uitleg via de podcast, kan ik er met mijn hoofd niet bij dat deze mensen kinderen ellenlange tochten lieten maken, naar de meest onherbergzame delen van het rijk, om ze daar op kilometers hoogte te offeren, bijvoorbeeld door ze dronken te voeren en daarna aan onderkoeling te laten sterven of -nog gruwelijker- door met een bijl hun schedel in te slaan. Fascinerend, maar bovenal, macaber.
Gelukkig was er ook ruimte voor de prachtige kunstvoorwerpen die de Inca’s maakten. Talloze aardewerken schalen, eeuwenoude sieraden en kostbare stoffen. En het poppetje op de poster van de tentoonstelling. In mijn verbeelding een groot, statig beeld, maar in werkelijkheid een minuscuul poppetje van nog geen vijf centimeter hoog. Ook een Capac Hucha, maar dit keer een die bewondering en vertedering opwekt.
Capac Hucha betekent mensenoffer. En er werden in deze tentoonstelling geen doekjes om gewonden: kinderen, soms zelfs baby’s werden op bijzondere wijze geofferd. De koning van de Inca’s kon op deze manier het contact met de voorouders herstellen en meer te weten komen over de werking van de kosmos. In de zalen werden diverse mummies van slachtoffers getoond. En zelfs na het horen van alle uitleg via de podcast, kan ik er met mijn hoofd niet bij dat deze mensen kinderen ellenlange tochten lieten maken, naar de meest onherbergzame delen van het rijk, om ze daar op kilometers hoogte te offeren, bijvoorbeeld door ze dronken te voeren en daarna aan onderkoeling te laten sterven of -nog gruwelijker- door met een bijl hun schedel in te slaan. Fascinerend, maar bovenal, macaber.
Gelukkig was er ook ruimte voor de prachtige kunstvoorwerpen die de Inca’s maakten. Talloze aardewerken schalen, eeuwenoude sieraden en kostbare stoffen. En het poppetje op de poster van de tentoonstelling. In mijn verbeelding een groot, statig beeld, maar in werkelijkheid een minuscuul poppetje van nog geen vijf centimeter hoog. Ook een Capac Hucha, maar dit keer een die bewondering en vertedering opwekt.

vrijdag 13 augustus 2010
De Macbook
Ik zou het jullie graag willen besparen, maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Het is werkelijk onmogelijk om na de aanschaf van een Macbook er geen jubelverhaal over te schrijven op je blog. Ik zal me proberen in te houden, maar verzuurde Windows-gebruikers kunnen chagrijnig worden van de hierna volgende tekst. U bent gewaarschuwd.
Zodra je eenmaal over de financiële schok heen bent (bij mij duurde die slechts 15 minuten), word je alleen maar heel erg blij van een Mac. De gelovigen weten waar ik over praat, maar voor de volhardende PC-gebruikers onder u, zal ik het proberen uit te leggen. Het begint al bij de doos: klein, maar fijn. Mét handig draagvat aan de bovenkant voor optimaal draagcomfort. In de doos: een computer, een adapter en een korte handleiding. Geen kluwen van kabels of stapels cd’s met te installeren software. Nee, bij een Mac geen gedoe, alleen precies dat wat je nodig hebt. Ik krijg een glimlach op mijn gezicht.
En zodra je je Macbook aanzet, doet ‘ie het. Dit klinkt vanzelfsprekend, maar ik herinner me nog goed dat ik bij mijn Acer eerst de accu moest opladen, Windows moest installeren, om nog maar te zwijgen over programma’s als Word, Excel en Photoshop. De Macbook is bij aanschaf al compleet en dat scheelt je een hoop tijd en frustratie. Hij heet je welkom in je eigen taal en wijst je op speelse wijze op enkele basisprincipes van de Mac. De glimlach wordt breder.
Bij het starten van de programma’s kun je opnieuw een kort introductiefilmpje bekijken waarin de mogelijkheden worden toegelicht. Het fotoprogramma bijvoorbeeld ordent je foto’s vanzelf op datum en event. Daarnaast kun je een plaats koppelen aan de foto’s en zit er gezichtsherkenning op. Het is buitengewoon gebruiksvriendelijk en werkt snel en eenvoudig. Ondertussen was vriendlief helemaal weg van Garageband. In no-time had hij een eigen nummer in elkaar gezet en hij waande zich bijna de nieuwe Michael Jackson. Kortom, de programma’s zijn geniaal. De glimlach verandert in een brede lach die straalt.
En dan heb ik het nog niet eens over het design gehad! Maar goed, ik zal jullie er niet meer mee vermoeien. Koop die Mac zelf maar, you won’t regret.
Zodra je eenmaal over de financiële schok heen bent (bij mij duurde die slechts 15 minuten), word je alleen maar heel erg blij van een Mac. De gelovigen weten waar ik over praat, maar voor de volhardende PC-gebruikers onder u, zal ik het proberen uit te leggen. Het begint al bij de doos: klein, maar fijn. Mét handig draagvat aan de bovenkant voor optimaal draagcomfort. In de doos: een computer, een adapter en een korte handleiding. Geen kluwen van kabels of stapels cd’s met te installeren software. Nee, bij een Mac geen gedoe, alleen precies dat wat je nodig hebt. Ik krijg een glimlach op mijn gezicht.
En zodra je je Macbook aanzet, doet ‘ie het. Dit klinkt vanzelfsprekend, maar ik herinner me nog goed dat ik bij mijn Acer eerst de accu moest opladen, Windows moest installeren, om nog maar te zwijgen over programma’s als Word, Excel en Photoshop. De Macbook is bij aanschaf al compleet en dat scheelt je een hoop tijd en frustratie. Hij heet je welkom in je eigen taal en wijst je op speelse wijze op enkele basisprincipes van de Mac. De glimlach wordt breder.
Bij het starten van de programma’s kun je opnieuw een kort introductiefilmpje bekijken waarin de mogelijkheden worden toegelicht. Het fotoprogramma bijvoorbeeld ordent je foto’s vanzelf op datum en event. Daarnaast kun je een plaats koppelen aan de foto’s en zit er gezichtsherkenning op. Het is buitengewoon gebruiksvriendelijk en werkt snel en eenvoudig. Ondertussen was vriendlief helemaal weg van Garageband. In no-time had hij een eigen nummer in elkaar gezet en hij waande zich bijna de nieuwe Michael Jackson. Kortom, de programma’s zijn geniaal. De glimlach verandert in een brede lach die straalt.
En dan heb ik het nog niet eens over het design gehad! Maar goed, ik zal jullie er niet meer mee vermoeien. Koop die Mac zelf maar, you won’t regret.
woensdag 11 augustus 2010
Ministerie van Noodsituaties
Of ik heb de afgelopen weken zitten slapen, of het is puur toevallig dat ik ineens twee keer in een week een bijzonder woord tegen kom. Schreef ik jullie gisteren over het stadshart, vandaag viel mijn oog op het begrip “ministerie van Noodsituaties.” Het schijnt al een tijdje in omloop te zijn, maar ik had er nog nooit van gehoord. Desalniettemin was ik direct geïnteresseerd, ja zelfs gefascineerd door deze ambtelijke entiteit.
Een ministerie van Noodsituaties, hoe zou dat eruit zien? Een hele hoop ambtenaren, die het allemaal erg druk hebben. Ze vergaderen, lopen heen en weer, leggen dossiers aan en overleggen met elkaar. Je vraagt je af waarmee ze zo druk zijn? Met het maken van noodplannen voor noodsituaties natuurlijk! En reken maar dat er héél erg veel rampen mogelijk zijn in een groot land als Rusland (17.098.242 km²; oftewel 2x de VS). Gezonken onderzeeërs, acute uitbraken van corruptie, grootschalige stakingen, opstandige deelrepublieken, ongebreidelde drankzucht, ingestorte mijnen en kernongelukjes. Om er maar een paar te noemen.
Maar aan een eenvoudige bosbrand lijken de ambtenaren van het ministerie van Noodsituaties niet te hebben gedacht. Zou de desbetreffende ambtenaar hebben zitten slapen? Of zou hij zijn plan kwijt zijn? Of heeft hij gedacht: “Zo’n ordinaire bosbrand, daar gaan we ons hier niet mee bezighouden. Wij zijn voor de echte rampen.” Of heeft hij misschien zijn hele carrière op de bosbranden zitten wachten, maar is hij enkele jaren geleden gedesillusioneerd met pensioen gegaan? Wie weet. Ik leef in elk geval mee met de Russen, die weliswaar een mooi ambtelijk apparaat hebben voor noodsituaties, maar dat in praktijk totaal nutteloos en overbodig blijkt te zijn.
Een ministerie van Noodsituaties, hoe zou dat eruit zien? Een hele hoop ambtenaren, die het allemaal erg druk hebben. Ze vergaderen, lopen heen en weer, leggen dossiers aan en overleggen met elkaar. Je vraagt je af waarmee ze zo druk zijn? Met het maken van noodplannen voor noodsituaties natuurlijk! En reken maar dat er héél erg veel rampen mogelijk zijn in een groot land als Rusland (17.098.242 km²; oftewel 2x de VS). Gezonken onderzeeërs, acute uitbraken van corruptie, grootschalige stakingen, opstandige deelrepublieken, ongebreidelde drankzucht, ingestorte mijnen en kernongelukjes. Om er maar een paar te noemen.
Maar aan een eenvoudige bosbrand lijken de ambtenaren van het ministerie van Noodsituaties niet te hebben gedacht. Zou de desbetreffende ambtenaar hebben zitten slapen? Of zou hij zijn plan kwijt zijn? Of heeft hij gedacht: “Zo’n ordinaire bosbrand, daar gaan we ons hier niet mee bezighouden. Wij zijn voor de echte rampen.” Of heeft hij misschien zijn hele carrière op de bosbranden zitten wachten, maar is hij enkele jaren geleden gedesillusioneerd met pensioen gegaan? Wie weet. Ik leef in elk geval mee met de Russen, die weliswaar een mooi ambtelijk apparaat hebben voor noodsituaties, maar dat in praktijk totaal nutteloos en overbodig blijkt te zijn.
dinsdag 10 augustus 2010
Stadshart
Soms kom je in het dagelijks leven ineens zo’ n woord tegen waarvan je dacht dat het alleen in romans nog werd gebruikt. Stadshart is zo’n woord. Toen ik het voor het eerst zag staan dacht ik even dat ik het verkeerd had gelezen. Maar toen ik het op het volgende bordje nogmaals zag, wist ik dat het geen vergissing was. Vertwijfeld vroeg ik aan mijn vriend: “Stadshart? Bedoelen ze het centrum?” “Ja, zo noemen ze dat hier.”
Ik keek hem verbaasd aan. Bij het woord stadshart zie ik gelijk een klein, bloederig en stuiptrekkend hart voor me. Niet echt iets om je op te verheugen als je een middagje gaat shoppen. Stadshart roept ook associaties op aan de jaren tachtig, waarin er nog vol enthousiasme bloemkoolwijken en betonnen bunkers werden gebouwd. Weinig overtuigend voor een stad die de ambitie heeft om in 2018 culturele hoofdstad van Europa te worden.
Volgens mij heeft elke zichzelf respecterende gemeente het woord stadshart anno 2010 vervangen voor het gebruikelijkere woord centrum. Alleen Almere nog niet…
Ik keek hem verbaasd aan. Bij het woord stadshart zie ik gelijk een klein, bloederig en stuiptrekkend hart voor me. Niet echt iets om je op te verheugen als je een middagje gaat shoppen. Stadshart roept ook associaties op aan de jaren tachtig, waarin er nog vol enthousiasme bloemkoolwijken en betonnen bunkers werden gebouwd. Weinig overtuigend voor een stad die de ambitie heeft om in 2018 culturele hoofdstad van Europa te worden.

zondag 8 augustus 2010
Tien dingen waar ik helemaal happy van word
1. Verse Hollandse aardbeien als dessert (of als tussendoortje... )
2. Gras dat kriebelt onder mijn voeten tijdens een zomerse picknick
3. Stoplichten die op groen springen zodra ik kom aanfietsen
4. Uitslapen en daarna nog uren in mijn pyjama rondlopen
5. Een ijsje bij de beste ijssalon van Nederland
6. Een lieveheersbeestje dat even pauzeert op mijn schouder
7. Fris en schoon beddengoed
8. De basilicumplant die iedere dag weer een stukje groeit
9. Het gekleurde molentje als mijn computer druk bezig is
10. De geur van verse muffins
En nog veel meer...
2. Gras dat kriebelt onder mijn voeten tijdens een zomerse picknick
3. Stoplichten die op groen springen zodra ik kom aanfietsen
4. Uitslapen en daarna nog uren in mijn pyjama rondlopen
5. Een ijsje bij de beste ijssalon van Nederland
6. Een lieveheersbeestje dat even pauzeert op mijn schouder
7. Fris en schoon beddengoed
8. De basilicumplant die iedere dag weer een stukje groeit
9. Het gekleurde molentje als mijn computer druk bezig is
10. De geur van verse muffins
En nog veel meer...
Abonneren op:
Posts (Atom)